De auteurs
125
Drs. W.C.J.A. de Coninck (1968) bracht zijn jeugd door in Koewacht, doorliep
de Jansenius Scholengemeenschap in Hulst en studeerde geschiedenis aan de
Universiteit Leiden. Dit artikel is een bewerking van zijn doctoraalscriptie 'Van
d'Ee tot Hontenisse...; de opzet en financiering van het anti-annexatie comité
Zeeuwsch-Vlaanderen in 1918-1919'. Sinds 2002 is hij werkzaam als freelance
journalist. Verder is hij vanaf 2004 actief als communicatieadviseur bij een advo
catenkantoor.
Drs. C.E. Heyning (1950) studeerde kunstgeschiedenis aan de Rijksuniversiteit
Leiden en is werkzaam als freelance kunsthistoricus. Sinds 1999 is zij conservator
kunst, kunstnijverheid en historische voorwerpen van het Koninklijk Zeeuwsch
Genootschap der Wetenschappen.
Dr. J. Parmentier (1956) is assistent-professor aan de Universiteit van Gent, vak
groep Nieuwe Tijden. Hij is gespecialiseerd in sociaal-economische geschiedenis,
zestiende tot achttiende eeuw, maritieme geschiedenis en overzeese geschiedenis.
Zijn belangstelling gaat ook uit naar historische reisverhalen en reisgeschriften als
historische bronnen. Recente publicaties: Oostende Cie. Het verhaal van de Zuid-
Nederlandse Oost-Indiëvaart 1715-1735 (2002); PeperPlancius en Porselein. De reis
van het schip Swarte Leeuw naar Atjeh en Bantam 1601-1603 (2003); (in voorbe
reiding) Het gezicht van de Oostendse handelaar. Studie van de Oostendse kooplieden,
reders en ondernemers actiefin de internationale maritieme handel en visserij tijdens
de 181' eeuw (2004).
Dr. E. Pijning (1963) doceert geschiedenis aan de Minot State University (Noord-
Dakota, Verenigde Staten). In 1997 verdedigde hij zijn proefschrift 'Controlling
contraband; mentality, economy and society in eighteenth-century Rio de Janeiro'
aan de Johns Hopkins University in Baltimore. Hij publiceerde verscheidene arti
kelen over smokkelhandel en internationale relaties in Revista Brasileira de
HistóriaDix-Huitiëme Siècle, Hispanic American Historical Review en Oceanos. Op
dit moment werkt hij aan de publicatie van zijn proefschrift en aan een studie over
internationale diamanthandel.