BETWIST GEZAG
67
Afbeelding 2. Gezicht op Rio de Janeiro, eind zeventiende eeuw. Foto John Carter Brown
Library, Brown University, Providence, VS.
een succes worden.12 Eind 1723 werden de plannen realiteit toen drie schepen van
de jonge MCC naar het zuiden van de Atlantische Oceaan vertrokken. De Don
Carlos, Don Louis en Mercurius gingen te water bij het fort Rammekens nabij
Vlissingen. Zij voeren met een rijke lading naar de Stille Zuidzee, waar aan de
westkust van Spaans-Amerika grote winsten voor het opscheppen lagen.13 De
Zeeuwse ondernemingslust kreeg evenwel een zware klap te verduren: geen enkel
schip zou terugkeren.'3 De Don Carlos werd in Rio de Janeiro geconfisqueerd, de
Don Louis werd in Lima ingenomen en de Mercurius zou in een storm vergaan.15
De Zeeuwse reders waren niet op de hoogte van de toenemende spanningen tus
sen Portugal en Nederland in de zuidelijke Atlantische Oceaan. De Don Louis,
Don Carlos en Mercurius volgden de gebruikelijke route naar de Stille Zuidzee via
de Portugese koloniën op de Kaapverdische eilanden en Brazilië. De drie schepen
hadden voor en na de oversteek van de Atlantische Oceaan een rustplaats nodig
om verversingen in te nemen en de nodige reparaties uit te voeren. Menig buiten
lands schip maakte gebruik van de route via Kaapverdië en Rio de Janeiro ter voor
bereiding van de lange zeereis. Maar juist in deze periode waren de Portugese auto
riteiten intolerant geworden jegens de aanwezigheid van buitenlandse schepen in
Brazilië.
De Portugese overheid had goede redenen om buitenlandse schepen als een
bedreiging voor het Braziliaanse grondgebied te beschouwen. Nu er goud in
Brazilië was gevonden, nam de interesse van buitenlanders voor dit gebied toe.
Tijdens de Spaanse Successieoorlog vonden in 1710 en 1711 twee Franse invasies
in Rio de Janeiro plaats, waarvan de tweede succesvol was.16 Na de oorlog maak
ten de Fransen plannen om een illegale handel op te zetten om onbelast poeder
goud direct vanuit Brazilië naar Frankrijk te transporteren. In de eerste twee
decennia van de achttiende eeuw deed menig Frans, Engels en Nederlands schip
de havensteden rond Ilha Grande aan, een eiland ongeveer honderd kilometer ten
zuiden van Rio de Janeiro, een gebied waar de goudroute vanuit de binnenlanden
van Brazilië de kust bereikte. Drastische maatregelen tegen deze buitenlandse sche
pen konden niet uitblijven.
Tussen 1715 en 1725 werden negen buitenlandse schepen geconfisqueerd in
Braziliaanse havens.17 Dit is een relatief groot aantal, aangezien er tussen 1700 en
1807 in totaal slechts twintig buitenlandse schepen werden geconfisqueerd.