192
DAGBOEK
Om zes uuren bereikten wij de Barrière &C na een half uur rijdens het Post
Comptoir. Ik logeerde mij in den zwarten adelaar na mij omkleed te hebben,
doorkruiste ik met den Heer W. Bake,"'3 Capitein der Artillerie, dien ik zoo geluk
kig was, toevallig bij zijn retour uit Rusland, alhier aan te treffen, een voornaam
gedeelte der stad, het geen mij door deszelfs grootsche, geruimige pragt-volle
bouw-orde in de volkomenste extase bragt, neen! schoner stad vindt men zeker in
Europa niet, Petersburg misschien uitgezondert.
Onder de voornaamste statuen, de hier daar opgerigt zijn, verdient vooral dat
van den laatsten Keur-vorst bemerkt te worden, het geen alleen met moeite de
roofzugtige kunstbegeerte van Buonaparte ontkwam.
Des avonds ging in het Theater, t'geen veel groter, maar weinig schoner, dan het
haagsche is, met welk het over het algemeen veel overeenkomst heeft. Men gaf een
der 1000 en één nagtvertellingen in opera gebragt. Verscheidene goede sujetten
vertoonden zich met voordeel algemeene goedkeuring.
Des anderendaags bezag ik het kabinet van Natuurlijke Historie &C Anatomie,
tgeen beide zeer schoon is, waarvan het laatste door den koning aan de Heren
Walther (Vader Zoon), Professoren Geheim-Raden met 100,000 thalers
betaald is. Na den middag reed ik met een engelsche Baron den Heer Bake naar
Charlottenburg, een dorp, t'welk omtrent eene halve mijle van de stad gelegen,
dezelve in prachtige &C grootsche bouw-order niet veel na staat. Hier waren dui-
zende van welgeldeede menschen verzamelt met dezelve de herbergen opgevuld.
Het koninglijk slot aangrenzende park ligt aan het einde deezes dorps. Wij
zagen het mausoleum ter eere geboud van de verstorvene bij de Pruissen alge
meen geliefde Koningin Luise.
Daar het den 19den der maand haare sterfdag was, veroorloofde men ons binnen
te treden. Hier lag zij uit pleister kunstig ten toon gesteld, niet als vorstin, alleen
als eene verscheidene, die de edelste schoonste haares geslagts geweest was, een
krans van immortelles lag op het kleed dat haar bedekte. Getroffen verliet ik deeze
plaats, welke de Koning zijne Gemalin gewijd heeft.
Wij reden naar huis bragten den avond onder de Linden (eene publieke wan
delplaats) door.
S'anderendaags bezogt ik de bibliotheek het schilderijen kabinet, het laatste was
door de Franschen eenigsints geplundert. Dan men verwagt alles terug, gelijk ook
de zeegewagen, tot welkers plaatsing reeds de nodige praeparatien op de
Brandenburger-Poort gemaakt zijn.
Des avonds ging ik in het Theater. Men gal eene opera; een zoon egtgenoot,
dien men reeds voor dood gehouden hadt, komt overwagts terug kondigt zijne
dorpslieden aan, dat de algemeene vreede welhaast alle in deezen oorlog overge
blevene in hunne armen terug voeren zal. Dit stukje was waarlijk zeer aartig door
August von Kotzebue bearbeid stelde mij levendig echt geluk voor, dat mij wel
haast door het wederzien der mijne bevoorstaat.
Zaturdag morgen werdt bijna geheel doorgebragt met de praeparatien voor onze
Reis. Nadien reden wij, Bake ik, de bijna inseparables,16"' in Berlin eene tour in
eene Reiswagen, die wij ons hadden aangekogt, om ook een afgelegener deel der