DAGBOEK
201
Epiloog met een epistel
Introductie
Volgens zijn dagboek keerde Bonifacius de Jonge in juni 1814 naar huis terug,
waarna hij zich als arts te Middelburg vestigde, in de Sint-Pieterstraat, niet ver van
de Balans. Hij is dan uiteraard nog niet getrouwd. Zoals uit zijn dagboek de
belangstelling voor het andere geslacht blijkt, zo komt datzelfde verlangen naar
een huwelijk, althans een vrouw, op een heel bijzondere manier tot uitdrukking in
een brief die Willem Bake, met wie De Jonge per koets uit Berlijn naar Nederland
reist, in de nazomer van 1814 vanuit Amsterdam naar Middelburg stuurt. Helaas
kennen we de brief van Bonifacius niet waarop dit een antwoord is, maar de goede
verstaander kan die wel bedenken.
Bonifacius heeft vrij snel na zijn thuiskomst Bake geschreven, opvallend snel zelfs:
8 juli. Had hij moeite zijn ritme te vinden, voelde hij zich eenzaam in het dok
tershuis? Hoe dan ook Bake neemt ruim de tijd voor hij zich aan een antwoord
zet: 22 september. Hij verontschuldigt zich uitgebreid, meldt dat hij in
Amsterdam weer de betrekking uitoefent van voor vier jaar. En Bake refereert ken
nelijk aan een opmerking van De Jonge dat men het doorstane leed onder vrien
den gemakkelijk vergeet. Warme woorden wijdt hij aan de periode dat zij samen
in Berlijn waren, Potsdam bezochten en terugreisden. Ze hebben uiteraard geen
oudere herinneringen, omdat ze elkaar pas bij de terugreis ontmoet hebben. Toch
moet er tussen die twee mannen (De Jonge is in 1814 27 jaar en Bake 31 jaar) een
band zijn ontstaan. Daarvoor is de uitweiding over het huwelijk en de keuze van
een echtgenote te vertrouwelijk: Dat gij mijwaarde vriend, mijn geluk in het huwe
lijk benijde kan ik beseffen; dog het ligt aan U om dit zelfde geluk deelachtig te wor
den.
Bake adviseert zijn jonge vriend de keus te baseren op degelijkheid, geen brillian-
te vrouw te zoeken, die veel gelezen heeft en allerlei wilde ideeën heeft, en zeker
niet een vrouw die overal geroemd is voor haar talenten.
Ten slotte vraagt Bake in zijn postscriptum naar de prijs van de chocolade in
Middelburg bij het Middelburgse bedrijf in kruidenierswaren Fak Bromver dat in
de Noordstraat gevestigd was. De tweede opmerking geldt de afrekening van het
rijtuig dat De Jonge en Bake samen in Berlijn hebben aangeschaft. Bake heeft die
wat goedkoop van de hand moeten doen, namelijk voor f 32, wat betekent dat De
Jonge recht heeft op f 16. Hoe dat verrekend is, is gissen.