PIERRE BOREL Voorwoord De mens heeft een onmetelijk, aangeboren verlangen naar roem en eer, omdat hiermee de schaduw van onsterfelijkheid verworven wordt. En omdat het mense lijke verstand zonder grenzen is, brandt het altijd van verlangen de onsterfelijkheid te bereiken en laat het niets onbeproefd om dit doel te kunnen bereiken. Velen zijn door dit verlangen gedreven en zij waren niet bang om met verlies van eigen leven flinke heldendaden te verrichten. Sommigen van hen gaven in het felste oorlogs geweld hun bloed voor vaderland, huis en haard of voor hun koning. En anderen verloren 's nachts hun gezondheid bij hun wetenschappelijke studie en raakten hun kleur kwijt boven hun papieren. Mensen proberen via ontelbare, verschillen de wegen dit leven, dat moeilijk is en te kampen heeft met aanvallen van monsters, te dragen. Er staan toch veel kandidaten voor deze roem op, hoewel de genadige Jupiter maar van weinig mensen houdt, hoewel de vurige deugd maar weinig mensen naar de hemel voert, hoewel de diepste geheimen van de natuur zich maar aan weinig mensen openbaren en hoewel de natuur aan nog minder mensen welwillend toe staat om nieuwe dingen te ontdekken. Deze kandidaten ploeteren om met listen - ze kunnen het niet met deugd - die erekransen te plukken en om met ladders de tempel van eer te bei-dimmen. Sommigen doen dit door verhalen te verzinnen, zoals Annius van Viterbo die een valse Berosus schreef. Anderen doen dit door werken aan andere auteurs toe te schrijven, zoals lang geleden Hermas de Sibyllijnse Voorspellingen heeft verzon nen. Meelijwekkende mensen houden zo'n werk voor waar en becommentariëren het vervolgens, zoals gebeurde bij Ruland, Ingolstetter en anderen in hun hevige strijd over de gouden tand van een jongen uit Silezië.' Ook komen er ontelbare dingen voor, die ons valselijk op de mouw zijn gespeld. Het hongerige Griekje en het leugenachtige Griekenland durven dit te doen in hun verhalen, om met de bewonderenswaardige Juvenalis te spreken.5 Hun namen opsommen zou walgelijk zijn. Zo circuleren er boeken op naam van de aloude aartsvaders, zoals Adam, Henoch, Salomon enzovoort. Zo zijn er veel andere toegeschreven aan de aposte len van Christus, zoals bij Allatius te zien is. Ook nu in onze tijd heeft Inghirami zich als de nieuwe Odysseus geprofileerd met Etruskische fragmenten die door hemzelf persoonlijk onder de grond verstopt en bewerkt zijn, zoals vroeger Odysseus, de zoon van Laertes, dat gedaan heeft met het goud in de tent van Palamedes.6 Hij zadelde niet alleen Palamedes met valse zaken op, maar heel de wereld. Door het messcherpe oordeel van Leo Allatius is terecht schande op Inghirami neergekomen in plaats van roem. Zelfs de oude Grieken hoopten op deze roem. Zo streden zeven Griekse steden om de afkomst van Homerus, name lijk Smyrna, Rhodos, Colophon, Salamis, Chios, Argos en Athene. Aulus Gellius" zegt het in boek 3, hoofdstuk 2, zo: Zeven steden strijden om de afstamming van Homerus: Cumae, Smyrna, Chios, Colophon, Pylos, Argos en Athene.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2007 | | pagina 74