158
ZELFPORTRET
Men blameert/ neent een degelijck man (Dat staat er duidelijk. Ik dacht eerst, dat
er neert stond) maar dat neent is 'n tusschenrijm op vercleent)60
Siet mij int verseeren,S1
Dat oudere H.S. dat ik vond is veel duidelijker, dan wat ik eerst ontdekte.
Gelooft u wel, dat ik er telkens weer met nieuwe lust aan werk? Weet U, waarom
de geestelijkheid zoo tegen die Rederijkers was hier? Wel, ze mocht terecht spreken
van een Paepsch bedrijf. Dat zie ik uit de oude leden boeken.
'k Trof daar o.a. een aanteekening aan van een zekere Kopmels (gildebroeder) die
een bedevaart deed naar Rome!! En ook uit andere gegevens is me dat duidelijk.
Neen maar, nog wat! Ik had van de dominé verlof om eens in 't Kerk. archief te
zoeken. Goed, ik had één acteboek (1648- 17...) doorsnuffeld (vol met schandalen)
en toen ik 't tweede wou hebben? 'De kerkeraad is bang dat U dingen zou publi-
ceeren, die voor sommige families onaangenaam waren!!!!' Maar 't voornaamste had
ik al te pakken. Wat 'n idéé!
O, dus U las m'n bijgeloof? Ja, over dergelijke dingen valt nog te praten, 'k Heb nu
de eerste helft af van m'n 'Boogschutterij'. Voor de andere helft moet ik eens een
concours mee maken.
Morgen optreden in Neuzen voor 't Nut. En nu: schrijf me na niet te lange tijd
s.v.p. terug. Wil mijn beleefden groet overbrengen aan prof. de Vooys. Mijn Vrouw
draagt me op U hartelijk te groeten. Ik doe dat ook en blijf gaarne
Uw dw
Poldermans
'k Vind het uitstekend, dat U over mijn Spel v/d Stadhouwer schrijft. Maar dan
krijg ik toch uw werk daarover wel eens ter lezing, niet waar?
's-Gravenpolder, 8 Dec. 28
Zeer Geachte Heer
Al geruime tijd was ik voornemens U eens te schrijven maar ja: hoe gaat dat dik
wijls! Nu moet het er maar eens van komen.
Als gevolg van ons hoogst gezellig samenzijn van deze zomer schreef ik spoedig aan
Mr Meerkamp over die dialect kwestie.62 Ik stelde hem voor, dat ons Genootschap
die zaak ter hand zou nemen en dat dan uit verschillende deelen van Zeeland per
sonen zouden worden aangezocht tot medewerking. Ernstige mannen van goede
wil. Geen jonge brasems (Maar dat schreef ik niet), 'k Had zelfs al een lijst met
namen gereed.
Het antwoord van Mr Meerkamp, hoe hoffelijk ook, stelde me te leur. Hij vond het
wat bar die menschen de zaak uir handen te nemen al was hij het volkomen met
me eens, dat het hóóg tijd was, de Zeeuwsche dialecten in studie te nemen. Bleek
echter dat er van die Vereeniging niets uitging, dan kon het Genootschap de zaak
ter hand nemen.
't Viel me tegen! Want wannéér zal blijken, dat er van die 'Vereeniging' niets uit
gaat?! 't Is allemaal uitstel en op-de-lange-baan-schuiverij. ('k Heb ook Leo van