ZELFPORTRET 197 brief aan Poldermans van 13 maart 1936 voor zijn optreden die avond 25 kreeg. 147 Deze briefis ongedateerd; hier ingvoegd op grond van de inhoud. 148 Jo Tanja: deze persoon heeft zich niet laten identificeren. 149 Meertens publiceerde in de Middelburgsche Courant (zaterdag 11 juli 1936 en maandag 13 juli) in twee afleveringen een artikel over 'Erasmus en Zeeland'. 150 D. J. van der Ven, Zeeuwsch volk in Zeeuwsche drachtBaarn 1930. Dirk Jan van der Ven (1891-1973) was een populistische volkskundige. Van der Ven was Meertens' concurrent bij de opzet van een volkskundebureau. De vooroorlogse volkskunde werd beheerst door de tegenstelling tussen prof. Jos Schrijnen (door wie Meertens zich liet inspireren) en de door hen als dilettant beschouwde Van der Ven. Ook voor hem was de volkskunde een doorgangshuis naar een publicatieverbod na de Tweede Wereldoorlog (vgl. Ton Dek ker, Herman Roodenburg en Gerard Rooijakkers (red.), Volkscultuur. Een inleiding in de Nederlandse etnologie. Nijmegen 2000, 13-65, vooral 30 e.v. alwaar een portret van D.J. van der Ven; zie ook Rob van Ginkel, Volkscultuur als valkuilAmsterdam 2000, met name 1-56, in het bijzonder 48-49. 151 Drukproef van Poldermans' bijdrage aan het Groot Nederlands Boeren-boek onder redac tie van Anne de Vries, Nijkerk ca 1930; voor Poldermans bijdrage daarin blz. 157-176. 152 Dit is de laatste brief van Poldermans aan Meertens voor zijn blindheid. 153 Bedoeld wordt het boek van Rudolf van Reest, Schapen zonder herder's-Gravenhage 1931Meertens schreef over dit werk in de sectie Zeeland van P.J. Meertens en Anne de Vries (red.), De Nederlandsche volkskarakters, Kampen 1938, 251. Gelet op de datering van Poldermans' brief zal Meertens met de voorbereiding van deze uitgave bezig zijn geweest. 154 Dit bestaat, maar hier is Bomme een familienaam, overigens afgeleid van een doop naam. 155 Ze zat in dezelfde klas als Leo van Breen. 156 Correspondentie Donkersloot in Letterkundig Museum Den Haag. 157 Deze slotpassage is behalve op de nagelaten brieven gebaseerd op de volgende feiten. Meertens werd op 17 januari 1940 in Amsterdam in een rechtszaak achter gesloten deuren beschuldigd van 'ontucht met minderjarigen van hetzelfde geslacht'. Vervolgens werd hij op 31 januari 1941 veroordeeld tot zes maanden gevangenisstraf met aftrek van voorarrest. Op 9 juli 1943 promoveerde Meertens aan de Rijksuniversiteit te Utrecht bij C.G.N. de Vooys op Letterkundig leven in Zeeland in de zestiende en de eerste helft van de zeventiende eeuw, een uitwerking van zijn afstudeerscriptie van twintig jaar eerder. Tegenover zichzelf (o.a. in zijn dagboek) en enkele kennissen rechtvaardigde Meertens zijn promotie in oorlogstijd op grond van de fysieke toestand van zijn moeder. Over Meertens' houding in de Tweede Wereldoorlog verscheen het zogenaamde 'Rapport van de Commissie van Drie': Bevindingen over P.J. Meertens op grond van literatuur en geraad pleegde bronnen, Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, Amsterdam 2006. Mijn kwalificatie is hierop gebaseerd, vergelijk het volgende uit de samenvatting van dit rapport: 'In haar conclusie schrijft de commissie dat Meertens een "opportu nistisch pleitbezorger van de Volkskunde" was die ten gevolge van een veroordeling en gevangenisstraf wegens een zedendelict in een persoonlijke dwangpositie terechtkwam. Hij is niet "fout" geweest in de gangbare betekenis van het woord. Hij was geen lid van de nsb of enige andere organisatie die na de oorlog als fout is aangemerkt en waarvan de leden destijds strafbaar werden geacht. Meertens heeft zich in vergaande mate aangepast en meegewerkt aan ondernemingen die de Duitse bezetter ten goede kwamen.' Tussen Betty Poldermans en haar vader was een zeer hechte relatie en zij betekende tij dens en na zijn leven veel voor zijn werk. Gaandeweg ontstond er tussen Meertens en Betty Poldermans een bijzondere relatie. Hun relatie en de overgeleverde corresponden tie tussen hen heb ik als minder of niet relevant voor het 'zelfportret' van Poldermans buiten mijn commentaar gehouden. Hoe intrigerend ook, het is voer voor de biograaf van Meertens.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2009 | | pagina 199