VRUGTEN EN KREEFT
119
werden. Het staat namelijk vast dat Jacoba Maria en Abraham Boudaen Courten
hun halfzuster uitkochten. Uit Jacoba Maria's 'Capitaalboek' blijkt dat zij Sara in
december 1717 2157.15.4 voor huis en landerijen en 210.13.8 voor de beelden
en vazen in de tuin betaalden.
Na Jacoba Maria's overlijden kwamen buitenplaats en tuinbeelden in handen van
haar echtgenoot Abraham Boudaen Courten. Hij legateerde het hof Niet altijd
Winter in 1745 aan Johan Boudaen Courten, een zoon uit zijn tweede huwelijk
met Cornelia Machelina Hurgronje.18
Schilderijen
Zowel in de woning aan de Middelburgse Balans als op de buitenplaats aan de
Veerse weg waren tijdens het leven van Jean Walleran Sandra schilderijen, prenten
en kaarten te vinden. Een deel hiervan zal Sandra van zijn moeder, de weduwe van
zijn zakenpartner Pierre Buteux sr., hebben geërfd. In haar testament was sprake
van verschillende schilderijen die zij tezamen met het huis op de Balans aan hem
vermaakte.19 Andere stukken zal hij zelf hebben aangekocht of uit de nalatenschap
pen van zijn vier voortijdig overleden echtgenotes hebben verworven. De overvloed
aan schilderijen die in de loop van zeventiende eeuw in de Republiek op de markt
waren gekomen, had er ook in Zeeland toe geleid dat in alle voorname huizen
tientallen schilderijen hingen. Deze stukken hingen verspreid door het hele huis,
hoewel de representatieve vertrekken als de eetkamer en de grote zaal de meeste
schilderijen telden. Tegen het einde van de zeventiende eeuw werd het onder regen
ten mode schilderijenverzamelingen aan te leggen, waarvoor aparte 'konstkamers'
in huis werden ingericht. Wanneer men in Middelburg voor het eerst dergelijke
aparte schilderijenkabinetten inrichtte, kon nog niet worden achterhaald. Hier
wreekt zich het tekort aan archiefmateriaal. De vroegst bekende vermelding van een
dergelijk vertrek dateert van januari 1733, toen Pieter de Ia Rue een bezoek bracht
aan de Middelburgse woning van Ewout van Dishoeck in de Lange Noordstraat en
daar een 'konstkamer' vol uitmuntende schilderijen aantrof.20
Bij Walleran Sandra hebben de schilderijen zowel op de Balans als op zijn buiten
plaats vermoedelijk verspreid door het hele huis gehangen. Er bestaat geen enkele
aanwijzing dat hij een aparte kamer voor een deel van zijn collectie heeft ingericht,
al blijft het natuurlijk mogelijk dat een van de 'comptoiren' of het klein 'voorsalet'
op de Balans als kunstkamer functioneerde en het vertrek deze functie verloor tij
dens de bewoning door zijn dochter en haar echtgenoten. Volgens de catalogus die
ten behoeve van de veiling werd gemaakt, bezat Jean Walleran Sandra ten minste
180 schilderijen ten minste, want de familieportretten uit zijn bezit gingen, zoals
in die tijd gebruikelijk was, rechtstreeks naar zijn erfgenamen en bleven ongenoemd
in de catalogus. De vraag rijst in hoeverre het gebruikelijk was dat Middelburg
se regenten zo'n grote hoeveelheid schilderijen bezaten. Informatie hierover kan
slechts uit de zeer weinige bewaard gebleven veilingcatalogi en boedelinventarissen
van contemporaine stadsgenoten worden verkregen. Hieruit blijkt bijvoorbeeld dat
in 1701 bij de Middelburgse regent Hendrik Boudaen Courten 48 schilderijen op
zijn buitenplaats Schellach hingen, terwijl in zijn stadswoning in de St. Jansstraat
volgens de bewaarde inventaris slechts 12 schilderijen en tekeningen werden aan-