VRUGTEN EN KREEFT
139
30 Zie hiervoor onder meer J.M. Montias, Art at auction in 17th century Amsterdam.
Amsterdam, 2002; J.M. Montias, Artists names in Amsterdam inventories, 1607-80. In:
Simiolus 31, 2004-2005, 322-347.
31 Utrechts Archief, Familie Des Tombe, inv.nr. 1145.
32 Hoet, Catalogus of naamlijst, dl. II, 366-373.
33 E.J. Sluijter, Leidse fijnschilders, van Gerrit Dou tot Frans van Mieris de jonge 1630-1760.
Zwolle, 1988; P. Hecht, De Hollandse fijnschilders, 's Gravenhage, 1989.
34 Hoet, Catalogus of naamlijst, dl. I, 137-138.
35 Mogelijk is dit het schilderij dat zich thans in het Rijksmuseum te Amsterdam bevindt
(inv.nr. SK-A-106).
36 Vergelijk Rijksmuseum te Amsterdam, inv.nr. SK-A-139, en Museum Boymans-van
Beuningen, Rotterdam, inv.nr. 1289.
37 Jasper Villers (overleden in 1722) werd in 1704 lid van het Middelburgse Lucasgilde.
Over zijn werkzaamheden is niets bekend. Anthony van Dam (overleden in 1740)
betaalde zijn meestergeld in 1699. Hij werkte onder meer voor verschillende leden van
Gecommitteerde Raden in hun ambtswoningen in de Abdij. Villers kocht drie schilde
rijen, Van Dam twee.
38 Het ging hierbij om een schilderij voorstellende Perseus en Andromeda van de hand van
Anselmus Weeling, dat voor 4 werd aangekocht.
39 Zie over zijn activiteiten als kunsthandelaar E. Korthals Altes, De verovering van de
internationale kunstmarkt door de zeventiende-eeuwse schilderkunst: enkele studies over de
verspreiding van Hollandse schilderijen in de eerste helft van de achttiende eeuw. Leiden,
2003.
40 J. van Gooi, De nieuwe schouburg der Nederlantsche kunstschilders en schilderessen 's
Gravenhage, 1750, dl. I, 440-442.
41 Van Gooi, Nieuwe schouburg, dl. I, 440-442.
42 Zeeuws Museum, inv.nr. G1524.
43 Van Gooi, Nieuwe schouburg, dl. I, 440-442.
44 Het Rijksmuseum in Amsterdam bezit verschillende portretten van Isaac Parker en zijn
familieleden, alsmede van leden van de familie Van Citters. Het Zeeuws Genootschap
bezit een aantal portretten van leden van de familie Van Citters.
45 Zie noot 20.
46 Van Gooi, Nieuwe schouburg, dl. I, 409; Bredius, Gildeboeken, 230.
47 Hoet, Catalogus of naamlijst, dl. II, 358-364, abusievelijk vermeld als H.G. Weeling.
48 Bredius, Gildeboeken, 230-233, 239-241.
49 Zeeuws Museum, inv.nr. M91-038.
50 Braunschweig, Herzog Anton Ulrich Museum inv.nr. 288.
51 Q. Buvelot, De stillevens van Adriaen Coorte (werkzaam c. 1683-1707). Zwolle, 2008.
52 Jacob Campo Weyerman, De levensbeschryvingen der Nederlandsche Konst-schilders en
Konst-schilderessen. 's Gravenhage, 1729-1769, dl. III, 49; Arnold Houbraken, De groote
schouburgh der Nederlantsche konstschilders en schilderessen, 's Gravenhage, 1718-1721, dl.
111,214.
53 Weyerman, Levensbeschryvingen, dl. III, 265 e.v.
54 P. Bakker, De Friese schilderkunst in de Gouden Eeuw. Zwolle, 2008, 65; M. Spliethoff,
R. van Heuven-van Nes, Kinderen van Oranje. Vorstelijke kinderportretten toen en nu.
Zwolle, 2007, 16-17.
55 Museum Bredius, Den Haag, inv.nr. 123-1946; Musée Crozatier, Le Puy-en-Velay, inv.
nr. 826.7.
56 Zie de Provenance Index van The Getty Research Institute, Los Angeles, USA op www.
getty.edu/research.
57 Boedelinventaris wijlen Nicolaas van der Dack, Dordrecht 8 mei 1690, Gemeentearchief
Dordrecht, ONA 517; Veiling catalogus collectie Johan van der Linden van Slingeland,
Dordrecht 22 augustus 1785.
