lege van Gouverneur en Landraad, werden zij lid van de Landraad (Heeringa, Instructiën, 62 e.v., art. 3)Toen dit college in 1578 werd vervangen door het college van Gecommit teerde Raden van de Staten van Zeeland, werden de Zuid-Hollandse afgevaardigden niet lid van het college, maar zij namen wel deel aan vergaderingen van het college (Heeringa, Instructiën, 85, art. 4). 159 NZ, I-C, 115 e.v., 135, 160. 160 RH, 2ced„ 1575, 759 e.v. 161 Heeringa, Beheer geldmiddelen, 199, noot 1. 162 KB, Verzameling Plakkaten, Q 6, nr. 43, Placcaet des Conincx op den Verbonde ende Unie by den Staten van Hollant ende Zeelant ghemaect aengaende den opheue ende collectatie van alle die ghemeene ende generale middelen [enz.], Delft, 1576. 163 Japikse, Staten-Generaal, dl. 1, 122, nr. 240, 'moyens d'impostz généraux, adviséz et résolus par les Estatz des Pays-Bas, assembléz a Bruxelles' (op 19 en 20-11-1976); ibidem, 125 e.v., nr. 249a.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2010 | | pagina 82