92
WALLERAN SANDRA
tegen de zittende magistratuur; deze overwegend orangistische regenten reageer
den hierop met het 'adres van 94').15 Toch zou Sandra, die in 1702 in de raad was
gekomen, na 1704 wel politiek kleur bekennen. Hij hoorde tot de groep regenten
die gerekend werden tot de homines novi, dat wil zeggen zij die tegen het regime
van vóór 1702 waren gekant. Dit pleit voor hem. Het oude, stadhouder Willem III
steunende college was immers door en door corrupt, iets waarover Jean Walleran
Sandra zich onverbloemd heeft uitgelaten. Sandra vermeldde in zijn aantekenin
gen, die berusten in het familiearchief Rethaan Macaré, Verzameling Nederland-
sche Leeuw te 's-Gravenhage, dat de stadhouder de Staten van Zeeland aan zijn
zijde kreeg door bepaalde families te 'benificiëren' en door magistraatsleden die
aan de Bank van Leening verbonden waren, financiële steun te geven.16 Sandra was
sinds 1698 gehuwd met Sara, de dochter van de Vlissingse burgemeester Jacob van
Hoorn, ook een voorstander van, en belanghebbende bij, de politieke koersveran
deringen na 1702.17 Op de voordracht van de drie opengevallen plaatsen van de
schepenen Govaerts, Verpoorte en Parker plaatste het kiescollege in dat jaar Jean
Walleran Sandra, Jacob Huygens en Omar van Visvliet. In de regel waren nieuwe
schepenen uit de leden van de stedelijke raad afkomstig, maar het kiescollege, waar
in ook neef David Sandra zat, koos ervoor drie drietallen uit hun eigen midden te
sturen. De schepenen besloten alleen de voordracht van Jean Walleran Sandra over
te nemen en hem tot raadslid te benoemen. Een jaar later, in 1703, werd hij sche
pen. Sandra behoorde tot de aanhang van Fannius.18 Dit was de staatsgezinde factie
die een jaar later de corrupte orangistische leden uit de raad zou werken. Jean Wal
leran Sandra had nauwe banden met Cornelis Clinckwerck (1703), Pieter Macaré
(1709) en David Baute (1705), die weer een neef was van Van Visvliet, alle homines
novi die tussen 1702 en 1711 tot de Middelburgse vroedschap toetraden.19 Sandra
werd in het jaar 1706 voor de eerste maal burgemeester, samen met de politiek
gelijkgestemde Veth van Westcapelle. In 1707-1708 waren zij weer schepenen, en
Jean Walleran Sandra werd in 1709 opnieuw raadslid. In 1710 werden zowel Veth
van Westcapelle als Jean Walleran Sandra opnieuw tot burgemeester gekozen.20 Na
1710 zou Sandra andermaal van zich laten horen, en wel door samen met twee
andere regentengroeperingen te ageren tegen de wijze waarop sommige 'homines
novi' zich schuldig maakten aan machtscorrumpering. Onder Sandra's medestan
ders vinden we pensionaris Caspar van Citters, Abraham Rombouts, Willem van
Citters en Pieter Macaré fil. Jac.21 Echter, hoewel Sandra zich in de laatste tien jaar
van zijn leven dus wel met politiek inliet, waren zijn handelsactiviteiten toch het
belangrijkst.
De handelsfirma Buteux en Sandra
Ofschoon Jean Walleran Sandra zich vooral bezighield met de handelsfirma But
eux en Sandra, ontplooide hij daarbuiten tal van andere activiteiten en investeerde
hij in de Verenigde Oost-Indische Compagnie, de West-Indische Compagnie, de
Directie van de Levantse Handel, de Oostzeehandel, de smokkelvaart, de commis
sievaart en in buskruitmolens.
Met de gebroeders Jean en Jacob Sautijn, Daniël Hoornbeek, Gillis Thijssen, Cas
par Romburg, Hendrik Saigne en Pieter de la Rue behoorde hij tot de vermogend-