Het Verbael VERBAEL 15 te land zal voeren. Onder deze staan een particuliere [d.i. afzonderlijke] gouverneur van Walcheren en een (luitenant-)admiraal.46 Naast de gouverneur functioneert de Landraad, bestaande uit afgevaardigden van de drie hoofdsteden Middelburg, Vlis- singen en Veere, twee personen uit Holland en de tresorier-generaal van Zeeland.4 Op dezelfde dag vaardigt de prins een ordonnantie voor de admiraal en de Admira liteit uit, na binnengekomen klachten van dezelfde drie steden.4'4 De uitdrukkelijk vermelde rol van de steden tekent de toegenomen kracht van de Staten. Als op 8 november in Gent de Pacificatie tussen Holland-Zeeland en de zuidelijke gewesten wordt gepubliceerd, zijn de Spaanse troepen al enkele dagen eerder uit Zierikzee en van Schouwen, Duiveland en Tholen vertrokken. Het is nog maar een kwestie van enkele maanden of ook Zuid-Beveland ligt open voor de prins.4 Dan kunnen de satisfacties, de overeenkomsten tussen de voorheen loyale, Spaansgezin de steden en Oranje waarbij deze steden zich onder voorwaarden onder zijn gezag stellen, worden opgesteld en uitgevaardigd. In Middelburg besteedt de prins in de winter van 1576-1577 veel van zijn tijd aan deze verdragen en aan de gesprekken te Brussel (daar gaan de Staten-Generaal van alle Nederlandse gewesten functione ren en wordt onderhandeld en vergaderd over de positie en taken van de nieuwe landvoogd don Juan en diens verhouding tot Oranje). Na de satisfactie met Goes (22 maart) en vóór die met Tholen (17 april),50 vertrekt Oranje uit Zeeland (26 maart).51 In Holland en Utrecht wachten hem de satisfacties met Haarlem, Amster dam en Utrecht. Het is in deze hectiek van een komen en gaan te Middelburg van boden en generaliteits-, gewestelijke en stedelijke vertegenwoordigers rond Pacifi catie, satisfacties en een Eeuwig Edict met Don Juan dat Vierlingh, op 13 februari, zijn Verbael aanbiedt. Vierlingh zelf noemt zijn aan de prins aangeboden verhandeling in de titel en ook daarna 'Caerten ende verbael(l)en', in meervoud dus.5" Onderdelen hebben afzon derlijke opschriften met de aanduidingen Corte verclaringe en Verclaringe, reso lutie ende verbael'.53 Het gehele stuk is dus te beschouwen als een (advies)nota die een aantal notities bundelt. Omdat de auteur zelf later spreekt van dit verbael is deze term gekozen om, analoog aan tractaethet handschrift een duidelijke naam te geven. De inhoud van het Verbael behoeft weinig verduidelijking. Zeker voor de lezers die vertrouwd zijn met het Tractaet, zal er veel bekends in voorkomen. Het bijzondere is dat er in dit geval sprake is van een afgerond manuscript, in originele vorm en gedateerd, voorzien van ingekleurde afbeeldingen en inhoudelijk toegesneden op Walcheren. Ook in de gecomprimeerde vorm houdt de tekst een zekere wijdlopig heid, waaraan de leeftijd van de auteur niet vreemd zal zijn. Vierlingh kan het ook niet laten af te blijven geven op de (Zeeuwse) dijkgraven wesende meestal volck van den lande ende slechte luydenmensen van het platteland en eenvoudig van aard), die lang over de werkzaamheden doen om maar zo veel mogelijk daggelden op te kunnen strijken, en op de rijswerkers die zoveel mogelijk rijs willen verwerken omdat zij per vim betaald worden. 'Jan Vermetde gewone man, is daar de dupe van. De dijkgraven, grove landlieden, ontwikkelen zich niet en hebben met meer

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2012 | | pagina 17