VERERINGEN 75 Hiermee was de toon gezet. De vereringen aan Sidney tekenen waarschijnlijk de troebele verhoudingen tussen de Zeeuwen en de Engelsen. Zelfs een eenvoudig geschenk als de wijn die de Staten van Zeeland Sidney in februari 1606 schonk, gaf problemen. Nadat de Staten besloten hadden hem te vereren met een vat Spaanse en een vat Franse wijn, werd de verering, die door N. de Blocq en kapitein Jonck verzorgd moest worden, door hen aangepast. Deze heren meenden te weten dat Sidney meer van Franse dan van Spaanse wijn hield, en zij gebruikten het geld om een pijp Spaanse wijn, 'namely Canary, so excellent that its like was not to be found', twee pijpen cognac en vijf oxhoofden vin de Grave voor hem te kopen. Ook anderen hadden met Sidney te stellen. Het misbruik dat hij maakte van het geschenk dat de officieren van het Engelse legioen in Vlissingen zijn dochter Mary in de zomer van 1604 ter gelegenheid van haar huwelijk gaven, was diep vernede rend voor de gevers. De tweehonderd pond die zij voor haar bijeenbrachten, werd door haar vader gebruikt om zijn eigen schulden af te lossen. In een brief aan zijn echtgenote veronderschuldigde Sidney zich hier weliswaar voor, maar stelde hij dat het geschenk gegeven was uit respect voor zijn persoon en dat de kosten van de bruiloft bijzonder hoog waren opgelopen. Meer dan vijftig pond kon hij zijn dochter op dat moment niet geven.54 Ook met bezoekende Engelsen ondervonden de Staten van Zeeland van tijd tot tijd strubbelingen. Zo weigerde Sir Thomas Edmonds, die in september 1609 na een verblijf aan het aartshertogelijk hof in Brussel vanuit Vlissingen naar huis voer, de acht vaten wijn te accepteren die Gecommitteerde Raden van Zeeland hem namens de Staten-Generaal wilden vereren. Een ongehoorde beslissing, waarvan de achter grond niet duidelijk was, al stelde Edmonds dat hij dies niet te min aen dese Lan den geaffectioneert zoude blijvenDe weigering van Edmonds werd desondanks als een negatief signaal opgevat. Geheel in lijn met de aanbevelingen van Orazio della Rena, losten Gecommitteerde Raden het incident op door enkele dagen later via de luitenant-gouverneur van Vlissingen enige stukken lijnwaad aan Edmonds echtgenote te schenken. Deze keer werd hun verering dankbaar aanvaard. Bezoeken Een onbetwist hoogtepunt in de betrekkingen met de Engelsen was het bezoek dat prinses Elizabeth Stuart en haar bruidegom, de keurvorst van de Palts, in mei 1613 aan Zeeland brachten. Al weken van tevoren werd overleg gevoerd tussen de nieuwe luitenant-gouverneur van Vlissingen, John Throckmorton, en Gecommit teerde Raad Jacques de Malderee.56 De Malderee verzekerde Throckmorton keer op keer dat de Staten van Zeeland alles in het werk zouden stellen om de enige dochter van de Engelse koning naar behoren te ontvangen. Het was immers de eerste keer dat een vorstelijk persoon de soevereine staat van Zeeland bezocht. Het prinsenlo gement in de Abdij en diverse herbergen in de stad werden voor de prinses en haar gevolg van 373 personen in gereedheid gebracht, ontvangsten werden geregeld en banketten voorbereid, 's Avonds zou op het Abdijplein vertier geboden worden in de vorm van dans en toneel. Bij haar aankomst op 10 mei werd de prinses verwel komd door Gecommitteerde Raden en afgevaardigden uit de Staten van Zeeland. Het moet een overweldigend gezicht geweest zijn: versierde schepen, militairen van het Engelse garnizoen in speciaal gemaakte kledij, trommelslagers en speellieden temidden van vele belangstellenden luisterden de haven van Vlissingen die och-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2012 | | pagina 77