Bestemming en doel van het zand
129
Ettelijke duizenden kubieke meters moeten het zijn: de hoeveelheden zand die
jaarlijks op de zomerse Zeeuwse stranden worden verzet. Om er, meestal voor de
duur van een getij, Duitse fortificaties of Hollandse Deltawerken-in-het-klein van
te maken. Toch valt dit qua omvang in het niet bij al het grondverzet waarin onze
voorouders de hand hebben gehad. Niet als tijdverdrijf, maar meestal uit pure
noodzaak en met in onze ogen primitieve hulpmiddelen. Net als met klei en veen
werd er eeuwenlang ook met zand gesleept, voor allerlei doeleinden.
Bestemming en doel van al dit zandtransport zal hier voor Walcheren globaal in
beeld worden gebracht. Vervolgens zal uitgebreider worden ingegaan op de her
komst van het zand. Een aanzienlijke hoeveelheid daarvan kwam uit de zandige of
zavelige kreekruggen die het eiland van nature op een grillige manier dooraderen.
Zand weggraven uit deze schier onuitputtelijke voorraad was kennelijk zo voor de
hand liggend dat de bronnen er goeddeels het zwijgen toe doen. Anders is dat met
de duinen. Die zandvoorraad leek misschien eveneens onuitputtelijk, en groeide
dankzij aanstuiving op gunstige momenten en plaatsen soms zelfs aan. Alle aan
was kon echter na één storm ook weer volledig teniet worden gedaan. De duinen
vormden een essentieel onderdeel van de Walcherse kustverdediging. Dat impli
ceerde dat op alle vormen van exploitatie ervan nauwlettend werd toegezien door
de Staten van Walcheren, het polderbestuur van het eiland. Dus bleef het, ook in
de bronnen, meestal niet onopgemerkt als er in en aan de rand van de duinen werd
gezeuld met zand.
Behalve uit de kreekruggen en de duinen werd er ten slotte ook zand betrokken van
de stranden en van de zandplaten en zandbanken voor de Walcherse kust. Van de
vier genoemde herkomstgebieden komen de duinen hierna het meest uitvoerig aan
bod. Over het algemeen wordt aangenomen dat de zandwinning in de Walcherse
duinen van zeer beperkt belang"zijn geweest. Hier wordt echter beoogd aan de
hand van vooral zeventiende- en achttiende-eeuwse bronnen - aan te tonen dat
de rol van de Walcherse duinen als zandleveranciers zeker niet onderschat mag
worden.
Zand kent verschillende gebruiksmogelijkheden. Zo wordt het al vroeg benut voor
de aanleg van dijken. Een dergelijke zanddijk leeft al sinds 1153 voort in de naam
van het vroegere kerkdorp Zanddijk bij Veere, maar ook later komen we dit soort
dijken tegen.1 Vanaf 1483 is bijvoorbeeld meermalen sprake van een nieuwe 'ware'
of zanddijk te Westkapelle, en in 1539 van de voorgenomen aanleg van een nieuwe
dijk, een 'zantware ofte inlaege', eveneens in Westkapelle.2 Ook in de buurt van
Dishoek moet blijkens vermeldingen in 1525 en later een zandware hebben gele
gen.3 Daar in de omgeving was in 1524 tevens een zanddijk aangelegd 'achter'
Biggekerke.4 En ook in het noordelijk kustgebied van Walcheren was een dergelijke
zanddijk geen onbekend fenomeen. In 1762 wordt aangedrongen op de bouw van
zo'n dijk tussen de Noord- en Zuidduinen in de omgeving van Oranjezon.5 Enkele
jaren later blijkt deze inmiddels gerealiseerde 'zandijk, leggende in de duijnen bij
het huijs genaamt de Oranjezon', baat te hebben bij aanstuivend zand.6 Zoals ook