ZEULEN MET ZAND 133 de zandput staat namelijk vol met water en is dus onbruikbaar. Anderen betwisten dat weer: het zand is weliswaar zo nat 'dat het door de kar loopt', maar wel degelijk bruikbaar.28 In 1773 mag de heer van Aagtekerke 200 voer zand bewesten Dom burg laten halen om daarmee een stuk weg te doen bezanden.29 Voor een andere, niet nader aangeduide weg stond een perceel van twee gemet 150 roe (dat is bijna één hectare) ter beschikking om daaruit zand te halen. Per jaar kon de hoeveelheid zand die voor het onderhoud nodig was, oplopen tot 300 voer.30 Vier buitenplaatseigenaren willen op zeker moment een gedeelte van een weg op eigen kosten bezanden. Omdat ook boeren en anderen er profijt van verwach ten, bieden die aan jaarlijks en bij toerbeurt met een wagen en twee paarden zand aan te voeren en op te brengen.31 Het moet hier de omgeving van respectievelijk Rijnsburg, Overduin, Ter Mee en Ter Linde betreffen. Iets dergelijks wordt in 1788 afgesproken ten aanzien van de bezanding van de 'kleiweg de Lepelstraat' tussen de initiatiefnemers en anderen die van de nieuwe situatie zullen profiteren.32 De stad Veere beschikte over een eigen zandput. Daaruit mag de Polder in 1775, als vanouds, zand gebruiken om de weg van Gapinge naar het hof van Zaymans te bezanden.33 De belanghebbende landlieden moeten dat zand wel zelf halen.34 Ook dijken konden bezand worden om hun begaan- en berijdbaarheid te vergro ten. Zo wordt een 'gesanden' dijk van de zaagmolens naar de Oude Haven, de voormalige Arne, redelijk onderhouden door 'eenige voorname ingelande' en de stad Arnemuiden.35 Het was vooral de Polder Walcheren die de hand had in al dit onderhoud van wegen en dijken op het platteland. Daarnaast bestond bij de Polder ook behoefte aan zand voor andere infrastructurele werken. Twee willekeurige voorbeelden illus treren dat. In 1549 is onder jneer zand nodig voor de bouw van een kaai en een 'opperhil' of oprit aan het schuitvlot bij kasteel Zandenburg onder Veere.36 Aan de bouw en/of reparatie van de sluis buiten de Middelburgse Dampoort komen in 1635 onder meer ten minste twaalf schuiten zand te pas.37 Hoevéél zand zo'n schuit kon vervoeren, blijft echter de vraag. Voor de straten in de dorpen gold iets vergelijkbaars als voor de wegen en dijken in het buitengebied. Zo wordt in 1630 ten aanzien van Oostkapelle bepaald dat het nodige duinzand in de dorpsstraten zal worden gestort, in plaats van de as, het vuil en de mest die men kennelijk gewend is daar te deponeren.38 Ook de Walcherse boeren konden altijd wel, zij het in beperkte mate, zand gebrui ken. In 1653 ervaart de eigenaar van een hofstede in Vrouwenpolder overlast van passerende boeren uit onder meer Kleverskerke en Zanddijk die zand uit de plaat selijke duinen halen.39 Op veel boerderijen was achter de schuur een zandhoop te vinden, die jaarlijks van enkele wagenvrachten duinzand werd voorzien. Dat werd gebruikt om er de koeiengang, het straatje achter de koeien, mee te bestrooien en in de winter het erf tegen de gladheid. Daarnaast waren er allerlei vormen van huis houdelijk gebruik waarbij (nat) zand werd gebruikt, bijvoorbeeld om te schuren.40 Behalve op het erf zal er ook zand gebruikt zijn om dammen te verstevigen en lagere terreingedeelten op te hogen. Zand werd ten slotte ook als ballast gebruikt in de schepen die vanuit de Walcherse havens vele en verre bestemmingen aandeden. Zo is in Smeerenburg op de westkust van Spitsbergen zand aangetroffen dat als ballast uit Zeeland meegenomen was.41 Aan dergelijk ballastzand werden minder hoge eisen gesteld dan aan zand dat voor

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2013 | | pagina 135