52
MEMORIAEL
haer met de heylige maget Maria te bewaren de woorden des Heeren ende met de
prophetesse Anna haren Godt te dienen met vasten en bidden, nacht ende dach
Luce 2.
1657 Op den 19 janwari, is mijn soon Joannes Thielenis bruygom geworden met
de eerbare soete joffrou Susanna van Baerle. Den 22 dito is de ondertroumaeltijt
gehouden en den 23 dito voor de commissarissen geweest, hij geaccompaigneert
sijnde met de bruyts vader, de heer van Baerle en sijn swager sr Hermanis Pottey
fol 35r]
ende de bruyt geaccompaigneert met haer eerweerde moeder en met mij, haren
bruydegoms moeder, ende sijn getrout den 20 febriwari anno voornoemt, van do
Lupenius in de Nieuwe kerck binnen Amsterdam, geaccompaigneert met de heer
Van Baerle voornoemt en den bruygoms swager, sr Joannes Schorer en joffrou Van
Baerle, de bruyts moeder, en met mij, den bruijgoms moeder. De Heere Godt
zegene dit paer naer ziele en lichaem, make se te sijn uutstekende lichten in Godts
gemeente tot sijne naems eere en vreuchde der vrome.
Anna Maria van Horenbeeck, mijn dochter Josinaes eerste kint (naer 4 a 5 dagen
continuele cortse gehadt hebbende) is gestorven op en maendach, 's morgens ten
half negenen, den 7 dach van mayo anno 1657, out sijnde 6V2 maenden en is begra
ven den 10 deser in de Oude kercke in mijn vaders graft.
1657 den 7 juni, is mijn soon en dochter Van Horenbeeck (nadat se 16 maenden
bij mij hebben gewoont) in haer huyshouden getreden, de Heere sij haer bij met
sijnen Heijlige Geest en wil haer geven al wat haerliden der salicheyt nodich is.
[fol. 35v]m
1657, op den 30 October, op eenen dynsdach, 's morgens ten 9 uren, is mijn doch
ter Josina van Horenbeeck verlost van een dochterken dat maer 5 maenden gedra
gen was, in welck cleen schepselken noch leven te sien was ende ten twee uuren na
den middach des selven daegs, is mijn lieve dochter met goet verstant, al sprekende
in de Heer, seer christelijck ontslapen, out sijnde 25Yi jaren. De quale daer sij van
gestorven is, is geweest cortborsticheyt179, daer sij acht weken mede is overvallen
geweest en is begraven den 5 november op eenen maendach in de Oude kercke
in mijn vaders graff no. 319. Die haer met haer kindeken in één kiste hebben ter
aerden gedragen sijn dese naervolgende persoonen: Joannes Boudens, apotheker,
Jacob Bouwens, zijdelakencooper, Piter Janssen, lakencooper, Franssois de Cliver,
silversmit, Daniel Sijs, cruydenier, Govert Lacher, zeylmaker, Jochem Leydecker,
wijncooper, Geleijn Bogaert, bontwercker, Jaques Evertsen, chirurgijn, Jaques
Firens, boecvercooper. Tot hier toe heeft haer de Heere gebracht, die ons, die noch
overblijven, geven wil hier soo te leven, dat wij met haer eewich mogen leven tot
verheerlijckinge van Godes naem, waertoe wij van Godt geschapen sijn.
[fol. 36r\
In Middelborch 1658, 20 janwari, op een sondach 's morgens, sijnde nachtmael-
dach180, ten 8 uren is mijn dochter Sara Schorer verlost van eenen cloecken jongen