AMAZONIA
81
Maxwell, die als Zeeuwse Engelsman in WIC-dienst eveneens lange tijd in Portu
gese gevangenschap had doorgebracht. Als arts en chirurgijn had hij in Maranhao
de door alle ontberingen ziek geworden Spaanse mineraloog bij zich thuis moeten
behandelen, en uit de eerste hand van hem alle details over hun avontuurlijke kano
tocht over de Amazone vernomen (E5/13). Omtrent april 1639 was ook Maxwell
in Zeeland teruggekeerd, waar hij Gedion Morris had ontmoet en over die feiten
ingelicht; ook dat er intussen met succes vanuit Sao Luiz een kano-expeditie naar
Quito georganiseerd was.12
Zij hadden het politiek-economische belang van een rivierverbinding tussen Ama
zonia en de Andeslanden voor de WIC terstond begrepen, en er het hoofdthema
van hun Maranhao-rapport van 13 februari 1640 aan de Bewindhebbers van de
Zeeuwse Kamer van de Compagnie van gemaakt. Langs die weg, die tot in het
hart van Quito reikte, kwam men immers vanzelf bij geschikte passages naar alle
andere gebieden langs de oostkant van de Andes, en dus ook bij de zilvermijnen
van Potosl, en het kon geen kwaad te beseffen dat 'de provintiën aen dese sijde van
Peru ongefortificeert sijn' (El3). De inhoud van hun rapport van 13 februari 1640
maakte grote indruk op de directeuren van de WIC. Nog geen zeven weken later
verzonden zij op 28 maart 1640 een brief naar gouverneur-generaal Johan Maurits
van Nassau in Recife om hem te gelasten Maranhao en Para te veroveren.13
Morris was van mening dat Me invasie met 1.000 a 1.200 man uitgevoerd kon
worden, en dat daarna een bezetting van 300 a 600 soldaten voldoende was om
het gebied te beheersen (E22). Na de nodige voorbereidingen werd de invasie na
enige tijd in gang gezet en de verovering was op 30 november 1641 een feit. Op die
datum moest de Portugese gouverneur Bento Maciel Parente de hem door kolonel
Hans van Koin, admiraal Johan Cornelis Lichthart en directeur Pieter Bas voor
gelegde acte van capitulatie ondertekenen. Dat de nieuwe kolonie maar twee jaar
in Nederlandse handen zou blijven kon niemand voorzien, en is in de context van
dit artikel van ondergeschikt belang.14 Oudere WIC-plannen om door de verove
ring van Buenos Aires via de Rio de la Plata een route naar de mijnen van Potosl
te forceren konden door de aanvaarding van Morris' Amazoneproject van de tafel
geveegd worden.
De economische baten
Amazonia was een agrarische kolonie die voor de productie van landbouwgewassen
afhankelijk was van slavenarbeid, en niet van Afrikaanse slaven, zoals in Pernam-
buco, maar van indiaanse die door missionarissen, Portugese militairen en planta
ge-opzichters werkwillig en gedwee werden gehouden. 'Indiaenen onder die
gehoorsaemheyt van de Portegiesen seyn seer subjekt [gedwee] ende arbeytsaem om
tot eenigen dienst te imployeeren' (C2). Uit de kloosters in Sao Luiz en Belém ver
trokken rondreizende geestelijken om hen te kerstenen met 'grouwsame affgoderie,
atheysterie haerezie met veel andere grouwelen die daer te landen in swanck
gaen' (A24); Gurupa 'is een indiaens dorp alwaer de Portuguesen een kleyn fort
ghemaeckt hebben, ophebbende wel dertich soldaten, dewelcke onder haer sub-
jectie hebben ettelijcke duysenden indianen, verdeylt op verscheyden dorpen ende
hoffsteeden' (A 14)in Amazonia leven omtrent honderd Nederlandse, Engelse en
Ierse gevangenen 'die alle de Indiaensche Portuguesche talen spreken, den