Familiegegevens
7
In maart 2010 verwierf het Zeeuws Archief een bijzondere aanwinst, een manus
cript van de hand van Maria de Fraeye (1605-1682) dat behalve vragen uit de
catechismus ook de persoonlijke geschiedenis bleek te omvatten van een vrouw die
gelieerd was aan de aanzienlijke Middelburgse kringen van die tijd en nauwe ban
den met Engeland onderhield. Maria de Fraeye was een kleindochter van de huma
nistische koopman Johan Radermacher de Oude (1538-1617) en echtgenote van
predikant Willem Thielen (1596-1638), beter bekend onder zijn verlatiniseerde
naam Thielenus. Thielenus was na zijn studie theologie gedurende korte tijd voor
ganger in de Walcherse gemeente Grijpskerke, maar werd in 1624 beroepen bij de
Austin Friars, de Nederlandse gemeente te Londen. Maria de Fraeye, waarmee hij
in november 1625 trouwde, volgde hem naar Engeland en kreeg daar haar eerste
kinderen. Nadat Willem Thielenus in 1630 om gezondheidsredenen zijn ambt had
moeten neerleggen, keerde het echtpaar in 1634 naar Middelburg terug. Na de
dood van haar man in 1638 bleef Maria hier wonen. Het memoriaal dat zij in 1619
begon als leerschriftje, gebruikte zij later als familieboekje.
Haar aantekeningen verdienen om verschillende redenen een uitgave. De vroeg
zeventiende-eeuwse kindercatechismussen laten zien hoe serieus de gereformeerden
de geloofsopvoeding van hun kinderen namen. Daarnaast geeft het manuscript
informatie over het netwerk van deze familie, de huwelijken, doopplechtigheden en
begrafenissen. Maria's gedetailleerde verslag van het ziek- en sterfbed van haar man
is ontroerend. Zelden zijn zeventiende-eeuwse egodocumenten zo gedetailleerd en
persoonlijk van aard. Mede hierdoor geeft haar memoriaal een intiem beeld van een
welvarende, gereformeerde familie in het Middelburg van de zeventiende eeuw.
Twee jaar nadat het Zeeuws Archief dit manuscript verwierf, slaagde het Museum
Catharijneconvent in Utrecht erin twee portretten van Willem Thielenus en Maria
de Fraeye aan te kopen. Deze portretten werden in 1634 - het jaar waarin het
echtpaar naar Zeeland terugkeerde in Londen door Cornelis Jonson van Ceulen
(1593-1661) geschilderd. Mogelijk kenden zij elkaar uit de kerkelijke gemeente.
Cornelis Jonson van Ceulen trouwde op 16 juli 1622 in de Austin Friarskerk, waar
Willem Thielenus vanaf 1624 predikant was.1 Op grond van de opschriften moeten
de portretten in augustus 1634, kort na de geboorte van hun jongste zoon Wilhel
mus gemaakt zijn. Met behulp van Marias memoriaal komen de geportretteerden
nu tot leven.
Maria de Fraeye behoorde tot een familie van kooplieden, geleerden en theologen.
Een gereformeerde familie met banden in het Engelse protestantisme, die leefde
in een roerige periode waarin economie en geestelijk leven aan allerlei veranderin
gen onderhevig waren. Van moeders kant stamde zij af van de familie Raderma
cher, waarover uitvoerig gepubliceerd is.2 Over de familie van vaderskant is weinig
bekend.
De eerstbekende generatie uit het voorgeslacht van Maria is haar betovergrootva
der Gerlach Radermacher, geboren in 1460 te Aken en daar tussen 1490 en 1501
vermeld als kastelein.3 Hij was gehuwd met Mechteld van der Haegen en woonde