Middelbare school: nederlaag en triomf
134
MEERTENS
van de kant van zijn docenten dan waar hij misschien ooit weet van heeft gehad.61
Ook al kwam Meertens later zijn stotterproblemen min of meer te boven (behalve
dat hij spraakles heeft gehad, vertelt hij nergens hoe), z'n jeugdervaringen zijn hem
als traumatisch bijgebleven. Hij meende daar een minderwaardigheidscomplex aan
over te hebben gehouden, waarvoor hij in de jaren dertig in therapie ging.62
Meertens heeft in zijn professionele en persoonlijke leven altijd belang gesteld in
spraakgebreken zoals stotteren en afasie. Hij heeft er ook een bijzondere vriend
schap aan overgehouden met Branco van Dantzig, een internationaal vermaarde
Joodse zang- en spraaklerares die baanbrekend werk op het gebied van logopedie
heeft gedaan. Ze heeft zich bijzonder voor hem ingespannen, nadat hij in 1940 was
aangehouden en het Huis van Bewaring zat. Des te groter was de schok toen zij -
een bejaarde vrouw - twee jaar later werd weggevoerd.63
Uiteraard werd de overgang van kindertijd naar adolescentie, nog geen jaar na de
dood van grootvader Cornelis Mak, mede gemarkeerd door de overstap naar de
middelbare school. Ook dat werd eerst een drama. In juni 1912 werd Piet Meertens
toegelaten tot de HBS en in juli deed hij toelatingsexamen voor het gymnasium.64
Tegen alle verwachting in zakte hij voor het laatste. 'Toen ik na het bericht van
mijn nederlaag uithuilde in de armen van mijn moeder wist ik tussen mijn snikken
alleen maar te herhalen, de schande, de schande, de schande.'
Tegenover 'de nederlaag' van 1912 zouden in 1919 'de eerste triomf' van zijn eind
examen gymnasium - dat Meertens met een jaar vertraging alsnog is gaan volgen
- en ten slotte 'de gloriedag' van zijn promotie in 1943 komen te staan. De teksten
laten er geen misverstand over bestaan dat het om zijn moeders 'nederlaag', 'triomf'
en om haar 'gloriedag' ging. Het woord 'triomf' heeft een van haar kinderen haar
toegeschreven; zelf heeft ze haar zoons promotie 'haar gloriedag' genoemd. Dat in
drie verschillende geschriften afzonderlijke, maar natuurlijk wel met elkaar verbon
den gebeurtenissen in zulke militaristische bewoordingen zijn beschreven, was niet
toevallig. Het ging tenslotte om de strijd tussen Meertens' moeder en zijn vader,
misschien wel tussen de Makken en de Meertensen.
Adriana Meertens-Mak had voor haar zonen de ambitie dat ze naar de universiteit
zouden gaan, en dat werd voor haar een 'erezaak', die ze hoe dan ook wenste door te
zetten. Als de jonge Meertens trouwens dominee wilde worden, had hij inderdaad
een gymnasiumopleiding nodig. Zijn vader en niet in de laatste plaats diens zuster
en met hen een groot deel van zijn familie, zelfs verre neven en nichten die zich
ermee bemoeiden, deelden dergelijke ambities in het geheel niet. Ze zagen er alleen
hoogmoed in van Meertens' moeder. Niet toevallig is in alle versies van het verhaal
Middelburg is maar een kleine stad de vader van de verteller een man zonder aspira
ties. Als Meertens' vader in werkelijkheid ook zo'n ambitieloze man is geweest, was
dat misschien maar goed ook. Hij kon toch niet tegen zijn vrouw op.
Wie in die tijd ook maar enige weet heeft gehad van de verhoudingen in huize
Meertens, zal zich gerealiseerd hebben dat het feit dat de twaalfjarige Meertens
voor zijn toelatingsexamen gezakt was, voor hem, maar misschien nog het meest
voor zijn moeder, een publieke vernedering, inderdaad een schande was. De