Trillend van beleven: godsdienstig, politiek en mystiek ontwaken
142
MEERTENS
tiek promotieonderwerp. Hij wilde aanvankelijk een dissertatie schrijven over de
geschriften van Jan van Leeuwen, 'die goede coc van Groenendale' (uit de om
geving van de mysticus Ruusbroec), maar hij werd door de Belgische jezuïet en
literatuurhistoricus Van Mierlo pootje gelicht, voordat hij er goed en wel aan kon
beginnen. Hij kreeg geen toegang tot handschriften die in Vlaamse kloosters lagen,
volgens zijn zeggen omdat hij niet katholiek was.98
Als Meertens de opstellen van De Vooys inderdaad in zijn gymnasiumtijd heeft
gelezen, zal hij via het eerste hoofdstuk ook kennis hebben genomen van de grote
mysticus Vader Eckhard, wiens werk hem tot in zijn laatste levensjaren inspireerde.
Of hij dat tijdens zijn schooltijd onderkend heeft, is een andere kwestie, maar eigen
tranceachtige ervaringen en Gorters Mei kunnen hem een veel directere ervaring
mét mystiek hebben opgeleverd, dan het lezen van een hoofdstuk óver mystiek in
de veertiende eeuw. In de goddelijke Balder, in Mei, aldus Gorters biograaf, die
uiteindelijk de zintuigelijke wereld ontvliedt, ervoer de dichter zelf - en de jonge
lezer met hem - de 'eenwording met al het bestaande, met wording en ondergang,
met diepste smart en hoogste verrukking'.99
Nadat hij enkele jaren eerder bij dominee Heiko Obermann van de Engelse Kerk
blijk had gegeven van zijn onwetendheid over besnijdenis, ging Meertens in janu
ari 1916 opnieuw op catechisatie, dit keer bij de Nederlands-hervormde dominee
Martinus van Empel. De hernieuwde poging moet ongeveer zijn samengevallen
met de spirituele crisis die hij in die jaren doormaakte. Hij hoopte zo antwoorden
te vinden op de vragen die hem zo bezighielden, maar hij kreeg ze niet. Kort voor
zijn eindexamen, rondde hij de catechisatie af met zijn belijdenis in de Nederlandse
Hervormde Gemeente in de Nieuwe Kerk in Middelburg.
In 1940 noemde dokter Herman van der Sterren hem uitzonderlijk godsdienstig,
maar vond het typerend dat hij zich verzette tegen 'vele details van den godsdienst'.
Na het 'vrijzinnige' en 'liberale' begin van zijn adolescentie, begon zijn godsdien
stige periode en ruilde hij met zijn verzet volgens de psychiater zijn eigen vader in
voor de Vader Gods.
Juist in de periode dat Meertens opnieuw ter catechisatie ging, ontdekte hij het
christensocialisme, mede door het rumoer dat er in die jaren rondom enkele mani
festen van Bart de Ligt - zoon van een Middelburgs predikant - was geweest. De
Ligt was tijdens Meertens' eerste middelbareschooljaren een van de belangrijkste
representanten in Nederland van dit religieus socialisme. Vanuit zijn christelijke
overtuiging streefde hij naar een gemeenschap van liefde, die per definitie het ka
pitalisme met zijn individualisme en 'atomisme', het 'ieder voor zich', afwees. De
liefdesgemeenschap vereiste een gemeenschappelijk eigendom van productiemid
delen. De (christelijk) socialistische samenleving was gebaseerd op deze gemeen
schapsgedachte. Het christensocialisme verwierp daarbij de klassenstrijd zoals de
sociaaldemocraten (SDAP) die voorstonden.100
De Ligt had in 1913 een oproep van de Synode, om de vele zegeningen die honderd
jaar vaderlandse onafhankelijkheid gebracht had in dankbaarheid te gedenken, in
Profeet en Volksgeest fel bekritiseerd vanwege de kerkelijk weerstand tegen verbete-