JAARVERSLAGEN 2016 111 - Oostkapelle zijn gevonden te bestuderen. Zie ook het verslag over munten en pen ningen. Aanvankelijk leken de gewichtjes de enige in hun soort te zijn die buiten de Baltische staten, Scandinavië en de Britse eilanden gevonden waren, maar tijdens het Sachsencongres in september (zie verder) bleken er ook in Friese collecties zich twee te bevinden. Komend jaar zal over het Zeeuwse hakzilver een publicatie ver schijnen. In november is Deckers nogmaals naar Middelburg gekomen om in het kader van het hakzilveronderzoek ook de twee dirhams in onze muntencollectie te scannen. Hij werd hierbij ondersteund door conservator Karel-Jan Kerckhaert. Masterstudente Rone Fillet kwam bij deze gelegenheid met Deckers mee om meta len onderdelen van paardentuigage in de depots van zowel het Zeeuws Museum als de SCEZ te bestuderen. Door contacten met het museum van Chatillon-sur-Seine en M. Feugère van de universiteit van Lyon (Frankrijk) is de herkomst en datering van een Schouwse fibula uit de collectie Hubregtse nader gespecificeerd. Dit vrij unieke model man telspeld blijkt vroeg-Romeins te zijn en is afkomstig uit een atelier in het dal van de Saone. Het type wordt vooral aangetroffen in Bourgondië, Zwitserland en Zuid- Duitsland. Eerder is er ook een in Engeland gevonden die, net als het Schouwse exemplaar, verder van huis is geraakt. De fibula is opgenomen in de open-source database van Feugère: http://artefacts.mom.fr/fr/home.php. Op 19 september kwamen 75 archeologen en conservatoren de middeleeuwse vondsten van Domburg-Badstraat en het strand van Domburg-Oostkapelle bestu deren. Het gezelschap van Duitsers, Belgen, Nederlanders, Scandinaviërs en Britten hield hun meerdaags symposium dit jaar in Antwerpen. Archeologisch adviseur Robert van Dierendonk van de SCEZ organiseerde in dat kader een dagexcursie naar enkele plaatsen met een rijke middeleeuwse geschiedenis op Walcheren en Schouwen-Duiveland. Op 15 oktober organiseerde de SCEZ samen met alle archeologische instanties van Zeeland de Zeeuwse versie van de Dag van de Archeologie. Er waren twee vitrines met vondsten van het strand Domburg-Oostkapelle te zien. Op een van de wanden werden oude foto's van vindplaatsen en archeologische vondsten uit de Genoot schapscollectie geprojecteerd. Leida Goldschmit-Wielinga gaf op uitnodiging van de conservator aan de hand van door haar gemaakte tekeningen uitleg over het nut van het tekenen van archeologisch vondsten. De conservator gaf in de strobalen- arena in de grote garage een 10-minutenlezing over het hakzilver in de collectie. De conservator is dit jaar enkele malen in het archief van het RMO in Leiden geweest en in het Noord-Hollands archief in Haarlem om onderzoek te doen naar Zeeuwse archeologische gegevens in de archieven van het RMO en de KNAW, met name naar correspondentie van- en over J.C. Frederiks die in 1866 de tekeningen van de nederzetting en grafvelden op het strand Domburg-Oostkapelle maakte. Volgens diverse brieven en berichtjes zou Frederiks ook een verhandeling hebben geschreven; die is helaas niet gevonden. Vanaf november werkt Niek van Eck, vierdejaars student aan de Saxion Hoge school in Deventer, voor zijn afstudeeronderzoek de aardewerkvondsten van het strand Domburg-Oostkapelle uit. Tussen alle evenementen door blijft de conservator bezig met het inventariseren en registreren van de collectie in Excel, daarbij een dag in de week geholpen door Gemma van der Hoogte, die alles dat opmerkelijk is fotografeert.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2016 | | pagina 113