ZOETE WAAN
29
De situatie in de overstroomde gebieden
Aan de oostkant van het eiland Tholen34 overstroomden zes van de zeven polders
van het waterschap Oud-Vossemeer, waaronder het dorp Oud-Vossemeer en ruim
1100 hectare bouw- en weilandgrond.35 Op het moment dat men zich realiseerde
dat de situatie gevaarlijk werd, werden door het waterschap door middel van kist
dammen en zandzakken kritieke plaatsen versterkt, uitwateringsduikers afgedamd
en coupures in de binnendijken afgesloten.36 Velen begaven zich met huisraad en
vee naar de zolder, of het vee werd overgebracht naar veilig gebied.37 Zowel de
zeedijken als de binnendijken bleken echter niet bestand tegen het geweld van het
water.38 De inwoners van de omliggende dorpen schoten te hulp met bootjes of
rijtuigen en gaven de slachtoffers onderdak.39 Onder leiding van het waterschap
begon de plaatselijke bevolking meteen met het dichten van de doorbraken en het
verstevigen van zwakke plekken in de dijken.40
If/kke fyldef lL
umferuu/égbuj.
'L /l1 ij S/l'r//f/u'kV
S/~ 'tfuart
n f itwatfrm t/s$ luix.
'Duikei*.
Doorbraak,
(j2Muxrt i'Wii
•jiw Doorbraaklatu/
iy jfatkfaart 1900)
Doorbraakla na lit J,
(12Maart /DM.)
«TH 01
Kaart 2. De overstroomde polders van het Waterschap Oud-Vossemeer. Rapport van de hoofd
ingenieur van de Provinciale Waterstaat betreffende de uitwerking en de gevolgen van de stormvloed
van 1906. Zeeland, 1906. Foto Zeeuws Archief.