door nieuwe bevolking naar de steden trok. Ook bleef in beide steden het kerkelijk en gewestelijk bestuur, waardoor er meer gegoede burgers in de stad bleven dan alleen de internationale handelaren. Dit had ook effect op welgestelde ambachten als goudsmeden en juweliers, die door deze meer gevarieerde klantenkring ook geen noodzaak hadden te vertrekken, in tegenstelling tot deze beroepsgroepen in Veere en Brouwershaven. Deze twee stadjes kenden een fellere economische bloeiperiode door de grote opleving in de overzeese handel, maar door hun eenzijdigheid was de impact van de teruggang ook veel groter. Logischerwijs zorgde dit voor een veel grotere aantasting van de gebouwde vorm van de stad. Interessant is dat dit feno meen zich ook in de huidige tijd laat zien met de enorme morfologische aantasting van de eenzijdig op de auto-industrie gerichte Amerikaanse stad Detroit. Besluit Er zijn logische structuren en herleidbare factoren te zien in de ruimtelijke aantas ting van de krimpende steden. Dit is van belang omdat hiermee voor toekomstige morfologische krimp van steden ook een verwachtingspatroon is op te stellen. De herleidbaarheid tot bepaalde factoren zoals economische basis en stedelijk beleid, maakt fysieke krimp beter voorspelbaar en het proces beter stuurbaar. Literatuur GEHAVENDE STEDEN 143 Brusse, P., Gevallen stad: stedelijke netwerken en het platteland. Zeeland 1750-1850. Zwolle/ Utrecht, 2011. Brusse, P en P Henderikx, Geschiedenis van Zeeland. Deel 1, Prehistorie-1550 (Geschiedenis van Zeeland 1). Zwolle, 2012. Brusse, P en W. Mijnhardt, Geschiedenis van Zeeland. Deel 2, 1550-1700 (Geschiedenis van Zeeland 2). Zwolle, 2012. Diederiks, H., Een stad in verval. Amsterdam omstreeks 1800. Amsterdam, 1982. Dyer, A., Decline and Growth in English Towns, 1400-1640. Basingstoke, 1991. Fagel, P., Zeven eeuwen Veere. Middelburg, 1983. Garde e.a., H.A.W. van de, Kadastrale atlas van Zeeland 1832. Deel 3. Brouwershaven (Serie Schouwen-Duiveland3). Middelburg, 1999. Henderikx, P., Land, water en bewoning. Waterstaats- en nederzettingsgeschiedenis in de Zeeuwse en Hollandse delta in de Middeleeuwen. Hilversum, 2001. Henderikx, P., Ontstaan en ruimtelijke ontwikkeling van Middelburg (9-14e eeuw). In: Mid deleeuwse toestanden: Archeologie, Geschiedenis en Monumentenzorg. Hilversum 2002. Huijbrecht, P.J., Verdwenen havens van Zeeland. Een historisch-geografische verkenning. Zierikzee, 2006. Jansen-Glas, M.E., Geschiedenis van Brouwershaven. Brouwershaven, 1990. Jilleba, F.H.F., Het oude Zeeuwse woonhuis. Zutphen, 1983. Koops e.a., R.L., Brouwershaven 700jaar. Brouwershaven, 1985. Koster, E.A., Stadsmorfologie. Een proeve van vormgericht onderzoek ten behoeve van stedenbouw- historisch onderzoek. Groningen, 2001. Meischke e.a., R., Huizen in Nederland Deel 3, Zeeland en Zuid-Holland; architectuurhistori sche verkenningen aan de hand van het bezit van de Vereniging Hendrick de Keyser (Huizen in Nederland 3). Zwolle, 1997. Polderman, C.N. en P Blom, Veere: van vissersbuurt tot vestingstad: bouwstenen voor een stadsge schiedenis. Goes, 1996.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2017 | | pagina 145