18 ZEELAND ONDER VUUR lijk werd in 1493 de Vrede van Senlis gesloten, waarmee er een einde kwam aan de decennialange oorlog met Frankrijk. Door middel van een vergadering van de Staten-Generaal te Mechelen konden de Staten van Zeeland hun inspraak geven op de vredesonderhandelingen.44 Deze vrede werd daarna voor lange tijd bewaard.45 Conflict aan de deur: de Vlaamse Opstanden Na de dood van Karel de Stoute leefde de factiestrijd tussen Kabeljauwen - aan hangers van de Bourgondische en Habsburgse huizen - en Hoeken - tegenstanders van de vorstelijke huizen - weer op.46 Deze onderlinge strijd dateert uit het mid den van de veertiende eeuw.47 Het overlijden van Maria van Bourgondië in 1482 resulteerde in een opvolgingscrisis die dit oude conflict opnieuw deed escaleren. Spil hierin was het regentschap over de Bourgondische landen door Maximiliaan van Oostenrijk, die in naam van Maria's en Maximiliaans minderjarige zoon Filips zou regeren. Tijdens een bijeenkomst van de Staten-Generaal eiste Maximiliaan zijn regentschap op, maar uit meerdere gewesten klonken bezwaren. Ondanks dat vervolgens onder enkele voorwaarden het regentschap door vrijwel alle gewesten werd aanvaard, weigerden de Staten van Vlaanderen - onder Gentse aanvoering - akkoord te gaan.48 De eerste Vlaamse opstand was een feit. Voor de inwoners van Zeeland betekende dit de start van een lange en onveilige periode. Plunderaars uit Sluis, Brugge en Gent staken geregeld de Westerschelde over in kleine, wendbare vaartuigen en konden zo in 1485 zonder repercussies Vlissingen plunderen.49 De relatief korte afstand tussen de Zeeuwse en Vlaamse kusten maakten van Zeeland een logisch doelwit. Het waren echter niet alleen de Vlaamse steden die in opstand kwamen. Ook in Brabant, Holland en Zeeland kozen enkele steden en edelen de zijde van de Hoeken.50 De Staten van Zeeland leken onvoorbereid te zijn op de gevolgen van de Vlaamse Opstand. Rooftochten langs de Zeeuwse kusten werden door bewoners zelfs als vanzelfsprekend gezien.51 Daarnaast waren de Staten van Zeeland intern niet ont houden van de factiestrijd. Zo koos in 1484 Wolfert van Borsele nadrukkelijk de kant van de rebellen. Daarop liet Maximiliaan de stad Veere bezetten met Duitse huurlingen, om daarmee de stad te vernederen en zichzelf als regent te laten inhul- digen.52 Deze verdeeldheid kan de organisatiekracht van de Staten van Zeeland niet ten goede zijn gekomen. Ook de Staten-Generaal kwam niet tot een resolutie in het conflict, laat staan dat er ondersteuning kon worden geboden. Desondanks wisten de Staten van Zeeland wel enkele malen bijeen te komen om te bediscussiëren hoe ze zichzelf konden verdedigen tegen de Vlaamse invallen.53 Of hier maatregelen uit zijn voortgekomen is onbekend. Hoewel de opstand in 1482 al aanving is hier pas in het voorjaar van 1484 enige indicatie in Dagvaarten Zeeland van terug te zien. De Staten van Bewesterschelde kwamen driemaal bijeen om te praten over de verdediging van Walcheren. De vorst wilde namelijk ruiters huisvesten in Middelburg.54 Ondanks het ontbreken van verdere context kan hieruit opgemaakt worden dat Maximiliaan belang hechtte aan het behouden van het meest belangrijke Zeeuwse eiland. Ook in het voorjaar van 1485 verzekerde de vorst Zeeland bijstand te zullen leveren door het uitvaardigen van enkele strenge ordonnanties.55 De Staten van Zeeland leken zelf echter in een machteloze positie te zijn beland, aangezien er vanuit het gewest geen actie tegen de opstandelingen werd genomen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2017 | | pagina 20