Men wilde enerzijds openstaan voor nieuwe ontdekkingen, en ondersteunde het streven dat op inductieve wijze wetenschap bedreven werd. Anderzijds was men beducht om zonder Openbaring wetenschappelijk bezig te zijn. Wolff was overtuigd van de harmonie tussen openbaring en rede en bepleitte een redelijk christendom.56 Vandaar dat de Wolffiaanse filosofie zo aantrekkelijk bleef: men kon wetenschap bedrijven en toch binnen de veilige kaders blijven. Eén jurylid had overigens fundamentele kritiek op Van Iperens verhandeling: de Utrechtse wiskundige Johann Friedrich Hennert. Alhoewel hij zeker waardering kon op brengen voor Van Iperens betoog, miste hij het gebruik van de wiskunde. Volgens hem was wetenschapsbeoefening zonder helder en fundamenteel gebruik van de wiskunde kwakzalverij. Een saillant detail is dat deze Hennert positief stond ten opzichte van Spinoza.57 God op afstand Twee verhandelingen verdienen onze bijzondere aandacht, omdat ze een andere geest ademen. De reeds genoemde Johan Macquet uit Zierikzee schreef een verhandeling waarin de medische stand werd verdedigd tegen de beschuldiging van atheïsme. Dat de medici werden gewantrouwd was geen nieuw verschijn sel. Wanneer men zich toelegde op natuurlijke kennis en het bovennatuurlijke leek te veronachtzamen was dat reeds uitermate verdacht. Vooral artsen moesten het ontgelden.58 In zijn uitvoerige verhandeling zette Macquet uiteen dat artsen de werking van God niet direct, maar indirect waarnemen. En alhoewel het niet meer God is die vinger van een persoon doet bewegen, wil dat volgens hem nog niet zeggen dat artsen daarmee atheïsten zijn. Integendeel, zij behoeden de mens heid voor dweperij en bijgeloof. Zijn verhandeling werd met instemming gelezen. Men was zelfs zo enthou siast dat men de verhandeling over 'dit zoo fraay als zeldzaam onderwerp, die Macquet graag in twee delen wilde toezenden, in zijn geheel wilde plaatsen.59 De arts Paulus de Wind, die het stuk beoordeelde, was er zeer van gecharmeerd.60 En zo verscheen Macquets stuk integraal in de Verhandelingen. De recensent van de 102 De rol van religie in de beginjaren van het Zeeuws Genootschap 56 Stoker, De christelijke godsdienst, 49. 57 Krop, Spinoza, 143. 58 R.H. Vermij, Secularisatie en natuurwetenschap in de zeventiende en achttiende eeuw: Bernard Nieuwentijt. Amsterdam, 1991, 73. 59 ZA, KZGW, inv.nr. 3, notulen 30 mei 1769; notulen 27 juni 1769. 60 Zeeuwse Bibliotheek (ZB), HS 4679 brief van Paulus de Wind aan David Henry Gallandat 12 juni 1769.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2019 | | pagina 104