25 GA Vlissingen, inv.nr. 2931 (19.9, 10.10.1796, 30.1, 31.7. 13, 27.11.1797, 8.1, 1.2, 12.3.1798, 7.5.1799).
Vlissingen, Franse school, 1798; Vlissingen, 1799.
De vernieuwingen vonden elders vooral in de Zeeuwse steden ingang. In de Fran
se school te Vlissingen waren in 1798 de schoolboekjes van het Nut verplicht ge
steld. Het Comité van Publiek Onderwijs had gezocht naar een nieuwe Franse
schoolmeester die vertrouwd was met de onderwijsmethode zoals die werd ge
propageerd door het Nut. Voor het Nederduitse onderwijs werd, overigens te
vergeefs, geïnformeerd naar een geschikte kandidaat van de kweekschool van het
Nut in Haarlem. In 1799 werd door de stadsraad een reglement vastgesteld voor
de nieuwe Nederduitse schoolmeester waarin het rapport van het Nut, de Alge-
meene denkbeelden over het Nationaal onderwijs, een prominente plaats kreeg
toebedeeld. Alle onderwijs moest gegeven worden op de wijze en naar de inzich
ten zoals door het Nut was voorgesteld met gebruik van de schoolboekjes van
het Nut. Godsdienstonderwijs bleef deel uitmaken van het curriculum, maar 'het
gebruik van catechismen, van welke belijdenis ook' werd verboden. Om gods
dienstige gevoelens te kunnen controleren, moest de schoolmeester zijn schrijf
voorbeelden voor de leerlingen ter goedkeuring voorleggen. Les in het psalmzin
gen mocht gegeven worden aan leerlingen die dat wilden, maar alleen na afloop
van de gewone lesuren. Godsdienstonderwijs beperkte zich in hoofdzaak tot de
Bijbelse geschiedenis. Daarnaast leerden de leerlingen een serie Bijbelverzen (de
meeste uit het Bijbelboek Spreuken), een aantal gelijkenissen uit het Nieuwe Tes
tament, de Tien Geboden, de Twaalf Artikelen van het geloof en de instelling van
doop en avondmaal. Bovendien bleef het gebruik om met gebed te beginnen en
te eindigen. Met deze aanpak werd het protestantse karakter van het onderwijs
onderstreept.25
Elders, zoals in Zierikzee, waren in 1800 de meeste schoolboekjes die in ge
bruik waren op de Nederduitse scholen, uitgaven van het Nut. Dat gold vooral de
boekjes voor het taalonderwijs. In de weeshuizen werd de vernieuwing eveneens
merkbaar. In 1799 werden in de Middelburgse weeshuizen de schoolboekjes van
het Nut ingevoerd vanwege 'derzelver uitgebreiden nuttigheid'. Al een jaar eerder,
in 1798, hadden de diakenen, die met de regenten van het gasthuis het bestuur
over de Kleine Armschool, een instelling voor gratis onderwijs aan kinderen van
armen, voerden, geconstateerd dat de vorderingen in het spellen en lezen slecht
waren. De reden was volgens de diakenen gelegen in de slechte spel- en lees
boeken. Daarom stelden de diakenen aan de regenten voor de Nutsboekjes in te
132
De prijsvraag van het Zeeuws Genootschap over het onderwijs, 1778