Het in Middelburg uitgegeven Lofzangen in Prosa, voor Kinderen (1797)49 bevat
eveneens een lofzang die lezers uitdaagt gedetailleerde observaties te confron
teren met brede panorama's. Het lied opent met de beschrijving van een huis op
het platteland:
Langzaam neemt de focalisator afstand van het landhuis, en overziet hij de huizen
in de omgeving, en vervolgens een verzameling dorpen.51 Vervolgens wordt de
hele wereld in beeld gebracht: 'Veele Koningrijken, en Landen, vol met Menschen
en Eilanden, en groote vaste Landen, en verschillende Luchtstreeken, maaken
deze geheele Waereld uit. - GOD regeert dezelve.52 Dit Goddelijke rijk wordt toe
geschreven aan God de Herder, waardoor een spiegeling optreedt met de lands
man van het begin: twee herders in hun eigen rijk.53 Zo wordt het uitzoomen een
manier om God te leren kennen, en het lezen een activiteit om meer te kunnen
zien. Zorgvuldige observaties van gewone landhuizen fungeren als een opstap
naar grote overzichten over de hele wereld, en dat vergezicht biedt weer de kans
om de focus te leggen op kleine objecten, zoals het landhuis met de herder.
Feike Dietz
153
over de zee komen, en dan treft men wederom steden en dorpen en bouwlanden
aan, gelyk by ons.48
Zie waar de hut van den Arbeider staat, met verwarmend riet bedekt; - de moe
der spint voor de deur; de jonge kinderen vermaaken zich voor haar in het gras;
- die ouder zijn leeren om te werken, en zijn gehoorzaam; - de vader werkt
om hun voedsel te bezorgen; - hij spit den grond, of hij verzamelt het koorn, of
schudt zijne rijpe appelen van den boom [...].50
48 Johann Georg Rosenmüller, Geschiedenis van den Godsdienst voor kinderen. Zutphen en Am
sterdam, 1792, 1.
49 Anna Laetitia Barbauld, Lofzangen in prosa, voor kinderen. Middelburg, 1797.
50 Barbauld, Lofzangen in prosa, lofzang VIII, 29.
51 Barbauld, Lofzangen nprosa, lofzang VIII, 30-31: 'Veele huizen zijn naast elkander gebouwd;
- veele huisgezinnen woonen nevens elkander; - zij koomen te zamen op 't groen, en in aan-
genaame wandelwegen, om te koopen en te verkoopen, Dit is een Dorp; Zo 'er veele
huizen zijn, is het een Stad Veele Steden, en een wijde uitgestrektheid van Land, maaken
een Koningrijk uit'.
52 Barbauld, Lofzangen in prosa, lofzang VIII, 30-31.
53 Barbauld, Lofzangen in prosa, lofzang VIII, met name 32-33.