Didi van Trijp zou kunnen blijven.35 Aan zulke ontwerpen zaten nog wel enige haken en ogen. Duikelaars werden ook ingezet voor het opdiepen van parels en koralen en het verzamelen van planten uit de zee.36 Omdat hij deze planten zelf niet gezien had, gaf Baster toe hier nog enigszins over in het duister te tasten.37 Ook in het eigen land, ja zelfs in de eigen provincie, bleken nog wel degelijk onontgonnen gebieden te zijn. Omdat de diepere regionen van de zee niet te bereiken waren, richtten Baster, Bomme en Slabber zich voornamelijk op datgene, wat op het strand aan spoelde of in netten terechtkwam. Bomme gebruikte een klassieke vissersmethode om nieuwe soorten te vangen: hij liet twee paarden met daarachter een net gespannen over het strand lopen. Net zo makkelijk sprak hij anderen die aan het vissen waren aan. Uit Baster's notities blijkt dat hij regelmatig met vissers of vishandelaren besprak wat hij tegen was gekomen. Omdat deze mensen veelvuldig met het zeeleven in aanraking kwamen, hadden zij immers veel kennis van bijvoorbeeld de levensloop van verschillende soorten: iets waarover verzamelaars van natuurhistorische objecten doorgaans niet konden beschikken. Baster voegt in zijn beschrijving van de 'Zee Quallen' toe: 'vissers verhalen voorts, dat zy in de maanden van April en Mey deze Quallen het eerste beginnen te zien .].'38 Baster tekende ook op dat vissers hem ver telden dat zij regelmatig zagen dat zich tussen de kwallen verschillende kleinere vissen ophouden om zich te verschuilen voor de roofzucht van de grotere vis- sen.39 Hoewel dit Baster naar eigen zeggen wat wonderlijk voorkwam, werd deze observatie door zo'n groot deel van de door hem ondervraagde vissers bevestigd dat hij haar uiteindelijk toch maar in zijn boek opnam. De geconsulteerde vissers worden geen enkele keer bij naam genoemd, maar vaak aangeduid als een gehele groep - zo stelt Baster dat 'een geheel Scheepsvolk van een Vishoeker' hem ver telde dat ze een tweekoppige haai hadden gezien.40 Ook hier verleende collectieve waarneming de wat merkwaardige observatie gewicht. Ondanks de grote voorde len die hun rijke ervaring Baster opleverde, kende de samenwerking met vissers zekere beperkingen. Baster kreeg maar met moeite voor elkaar dat vissers die 169 35 J.T. Desaguliers, De natuurkunde uit ondervindingen opgemaakt - vertaald uit het Engels door 'een liefhebber der natuurkunde'. Amsterdam, 1751, 264-279. 36 Voor het verzamelen van objecten uit de zee en de rol van duikers daarin, zie J. Delbourgo, Divers Things: Collecting the World Underwater. In: History of Science, nr. 49, 2011, 149-85. 37 Baster, Natuurkundige uitspanningen 2, 117. 38 Ibidem, 65. 39 Ibidem, 64-65. 40 Baster, Natuurkundige uitspanningen 1, 157.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2019 | | pagina 171