192
De Vlissingse burgemeester Johannes Mauritz (1724-1796)
Dat Johan Mauritz de Vlissingse feesten zelf ook heeft bijgewoond blijkt uit de
inschrijving in zijn album door de Vlissingse stadsarts Jacobus Tomas Rupertus
(f1762), die zich bij deze gelegenheid deftig 'Archiater' noemde. Uiteindelijk, om
streeks november 1754, vestigt Johan Mauritz zich ook zelf in Vlissingen. Het ge
dicht van de jonge Pieter Boddaert (1733-1795), de latere lector in de natuurlijke
historie aan de Utrechtse Hogeschool, legt daar getuigenis van af, net als de twee
bijdragen in het album van de Vlissingse schepen Rijklof Gerbrand van Goens
(1713-1763) en diens echtgenote Dana Barbara Pottey (1725-1776). Via de twee bij
dragen van dit echtpaar vangen we warempel een glimp op van Mauritz' persoon
lijkheid. Had een Leidse studiegenoot Mauritz al eerder getypeerd als 'onkreuk
baar, Pottey schetst hem nu als 'een rijk vernuft, terwijl haar man de jonge Mauritz
toedicht: 'Ik ken uw nedrigheid wars van vleijerij en opgepronkte reden.
Hoe Mauritz' karakter ook was, feit is dat hij al een jaar na zijn komst naar Vlis
singen er in slaagde om tot schepen van de stad te worden benoemd. Zijn adres
was toen 'Out-Timmerwerff,22 In 1758 werd hij tevens Raad van Vlissingen, nadat
zijn broer Bernard dat ambt had neergelegd ten gunste van zijn jongste broer. Op
dat moment kon Johannes Mauritz zich al twee dienstboden permitteren. In 1760
dingt hij met succes naar de hand van Sara Clijver (1732-1817), de tweede dochter
Foto van het Mauritzhuis (vanouds genaamd De Granaatappell) in zijn oorspronkelijke omgeving
op de Hooikade op de hoek van de Palingstraat (wijk K 69), aan de Oostzijde van de Nieuwe Haven
of Pottehaven, omstreeks 1895. Na de demping van de Pottenhaven in 1909 is dit terrein volgebouwd,
waardoor de uitstraling van het pand en zijn omgeving radicaal is veranderd. De Hooikade is toen
omgedoopt tot Hendrikstraat. Beeldbank Gemeentearchief Vlissingen, nr. 40.030.
22 Deze wijk is in 1811 volledig gesloopt. In 1823 is daar het Arsenaal opgetrokken.