term die destijds werd gebruikt voor indianen.3 Demerary en Essequibo waren de Nederlandse kolonies van waaruit de verentooien destijds naar het Zeeuws Genootschap moeten zijn verzonden. Deze kolonies lagen aan de mondingen van de gelijknamige rivieren die uitmonden in het Guyaanse kustgebied gelegen tus sen de delta's van de grotere rivieren de Amazone en de Orinoco en dat door de Nederlandse kolonisten de Wilde Kust werd genoemd. Het waren met name de Zeeuwen die vanaf de zestiende eeuw naar dit gebied vertrokken en waardoor de invloed van handelssteden als Middelburg en Vlissingen als mede die van de Zeeuwse Kamer binnen de West-Indische Compagnie hier groot was.4 Naast De merary en Essequibo waren er nog de kolonies Berbice, Pomeroon en Suriname die tezamen het grondgebied van Nederlands-Guyana vormden. Op Suriname na werden al deze kolonies uiteindelijk eind achttiende eeuw veroverd en in 1814 met het Verdrag van Londen officieel ingelijfd door Groot-Brittannië. Het bovenstaande is in een notendop alles wat tot voor kort bekend was over de Guyaanse verentooien van het Zeeuws Genootschap. Vandaar dat conserva tor Caroline van Santen van het Zeeuws Museum, waar de verentooien in bruik leen worden beheerd, in de zomer van 2017 opdracht gaf voor een herkomston- derzoek naar de tooien. Dit herkomstonderzoek, dat een jaar lang duurde, heeft uiteindelijk tot een aantal belangrijke ontdekkingen geleid.5 De grootste daarvan was dat de verentooien, geïnventariseerd als G2348, G2350 en G235, een aantal 216 De Zeeuwse zucht naar Guyaanse verentooien 3 J. Hogeweg, Een donjuan in de West: het reisverslag (1792-94) van koopmanszoon Pieter Groen. Amsterdam, 2013, 132; 'Buck (n. 1), Online Etymology Dictionary, geraadpleegd op 17 juli 2017 via https://www.etymonline.com/word/buck> en 'The Word Squaw: Offensive or Not?', Indian Country Today, geraadpleegd op 17 juli 2017 via https://newsmaven.io/indiancountrytoday/ar- chive/the-word-squaw-offensive-or-not-AOz_cjbLkEaxKaUEa6kejg/. De term 'bokkanezen' of 'bokken' beschouwt men vandaag de dag als denigrerend en discriminerend. Of deze woorden echter destijds ook al discriminerend waren, is moeilijker vast te stellen. Een aanwijzing dat dit wel zo was, komt naar voren wanneer de reisverslagen van de achttiende-eeuwse avonturiers Pieter Groen en John Gabriel Stedman met elkaar worden vergeleken. Stedman spreekt met respect over de oorspronkelijke bewoners van Zuid-Amerika en gebruikt daarbij geen enkele keer de term 'bok'. Groen aanschouwt de indianen meer vanuit een Europees superioriteits gevoel en meldt in zijn reisjournaal trots dat hij met de bokkinnen Betje en Sophie naar bed is geweest. 4 C. Ch. Goslinga, The Dutch in the Caribbean and on the Wild Coast 1580-1680. Assen, 1971, 79-81. 5 Het herkomstonderzoek heb ik uitgevoerd in nauwe samenwerking met de etnograaf en Zuid-Amerikaanse verenornamentenexpert Andreas Schlothauer. Het volledige onderzoek is beschreven in mijn in 2018 voltooide masterscriptie Gestrand in Zeeland. Een onderzoek naar de herkomst van de Guyaanse verentooien in de collectie van het Zeeuws Museum. Deze scriptie is online terug te vinden op de website van het Zeeuws Genootschap en de scriptie database van de Universiteit Utrecht en fysiek in de collectie van het Genootschap in de Zeeuwse Bibliotheek te Middelburg.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2019 | | pagina 218