Jona Willem te Water - lid van het Zeeuws Genootschap van het eerste uur vanaf dat moment maandelijks in hun eigen stad lezingen organiseren en hoefden niet meer steeds naar Vlissingen af te reizen. Pal voor het orthodoxe karakter van het Zeeuws Genootschap Te Water moest zijn werk als secretaris van het departement en het gehele Ge nootschap door zijn vertrek naar Leiden in 1785 neerleggen. Van de Perre zag hem, 'een onzer oudste, werkzaamste, ijverigste, schranderste en geleerdste me- deleedenj met lede ogen vertrekken.71 Het Zeeuws Genootschap reikte hem als dank voor zijn jarenlange inzet een gouden medaille uit.72 Nadat Te Water Zeeland had verlaten, bleef hij nog steeds op afstand deelne men aan de activiteiten van het Zeeuws Genootschap. Hij verleende bijvoorbeeld zijn diensten bij het beoordelen van verhandelingen. Over taalkundige en histo riografische gebreken oordeelde hij daarbij kritisch.73 Toen in een aantal binnen gekomen verhandelingen de godsdienst in het geding kwam, reageerde hij voor zijn doen ongekend fel en polemisch. Nadere aandacht voor deze beoordeling is daarom op zijn plaats. Het algemene oogmerk van het Zeeuws Genootschap is goed te illustreren aan de hand van het eerste artikel van zijn wet: Deze formulering bood op zich ruimte om zich buiten de paden van de ortho doxe theologie te begeven, maar in de praktijk hield het Genootschap zich op godsdienstig gebied verre van nieuwlichterij. In de eerste serie van de Verhande lingen werd in het voorwoord een klaagzang over de in Nederland voorkomende 'Deistery'74 aangeheven. Deze afkeer van deïsme ligt in lijn met de grote vrees die eerder bestond voor populair spinozisme. In Zeeland waren er, met name in Middelburg, tot in 1740 veel aanhangers van de ideeën van de in 1683 afgezette 3o6 Den alleen wyzen GOD op 't hoogste te verheerlyken, het gantsche menschdom en voornaamlyk den Landgenooten voordeelig te wezen, en allerleye nuttige kunsten en wetenschappen voort te planten, zal het voornaam doelwit van dit Genootschap blyven. 71 Wetten en notulen van het Departement Middelburg, ZA, Archief ZG, inv. nr. 233, f. 3-4, 29", 44r-44v (citaat); Van de Perre en Te Water aan ZG, 1 mei 1784, ZA, Archief ZG, inv. nr. 59, nr. 179. 72 Verhandelingen ZG 11, Middelburg 1786, xvii-xx. 73 Te Water aan Zeeuwsch Genootschap, 13 juli 1789, ZA, Archief ZG, inv. nr. 59, ingekomen stukken 1769-1789, nr. 374. 74 Volgens deïsten is er een opperwezen dat het universum geschapen heeft, maar verder geen bemoeienis heeft met de wereld.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2019 | | pagina 308