'Al wat men van kolen en asch heeft gefabeld' Vliedbergen als offerhoogten: geschiedenis van een theorie, 1834-1888/97 Jan J.B. Kuipers geschiedschrijvers, hoe waarheidslievend ook, zijn even gaarne 'interessant' als andere schrijvers' Marcellus Emants Inleiding Over de overplaatsing van het Zeeuws Genootschap naar Middelburg (1801) en de daarmee gepaard gaande koerswijziging van nuttige naar bespiegelende kunsten en wetenschappen is het nodige geschreven. Als motivering hiervan is wel de Franse revolutie genoemd, waarvan de exces sen verafschuwd werden. Minder vaak wordt in verband met de koerswijziging de culturele heroriëntatie van de Romantiek genoemd, en de grote invloed van nieuwe wetenschappelijke trends, om het woord 'mode' maar te vermijden. In deze bijdrage wil ik deze laatste, ook internationale (Duitse) invloeden nagaan op theorievorming en onderzoek naar de Zeeuwse 'vliedbergen'. Met het uitlichten van één van de vele theorieën uit de lange geschiedenis van beeld- en theorievor ming omtrent de Zeeuwse bergjes, die van de 'offerhoogten' en de casus van de Walcherse Luyksberg waar deze werd getoetst, valt ook licht op de gezamenlijke ontwikkeling van de archeologie en de volkskunde in Nederland en Zeeland ge durende ruwweg de eerste helft van de negentiende eeuw, vóór beide disciplines uiteen zouden gaan, waarna de volkskundige data laat in de twintigste eeuw bij de methode van de Landesaufname weer even hun rentree maakten in de Ne derlandse archeologie. Landesaufnahme is een combinatie van niet-destructieve 311

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2019 | | pagina 313