leen bijdragen over 'fotografie en Romantiek' (met vraagteken) door M.M. Boom en over Zeeuwse componisten door M.J. Ponsioen.3 'Oude Volksaart' Hoewel volkskunde zoals gezegd door velen als een van origine Duitse discipline wordt beschouwd, is de term eerder in Nederland dan in Duitsland gebezigd, namelijk in 1772, in het derde deel van de Natuurlyke Historie van Holland door Johannes le Francq van Berkhey, dat in negen delen verscheen tussen 1769 en 1811.4 De Natuurlyke Historie behandelde uiteenlopende, meest natuurweten schappelijke en geografische disciplines: geologie, mineralogie, natuurlijke his torie; maar ook onderwerpen die je al typisch volkskundig zou kunnen noemen, zoals de 'Volkseigene Gestalte en Kleeding, 'Landseigen Plegtigheden' en 'Kin- derlyke Vermaaken. Van Berkhey 'dropte' de term volkskunde aan het eind van een hoofdstuk over kinderspelen, en knoopte er een korte bespiegeling over de Nederlandse volksaard aan vast. Volksaard: een begrip dat de Romantiek en de volkskunde nadien uitgebreid maar met beperkte vrucht zouden exploreren. Le Francq van Berkhey peilde een opvallende oorsprong: Opmerkelijk is de associatie van de 'oude Volksaart' met 'dien der Romeinsche Volkeren'; het later zo gangbare Germaanse aspect bleef nog buiten beeld. De volkskundige exercities van deze auteur bleken de spreekwoordelijke zwaluw die nog geen zomer maakte. In het Duitse taalgebied dook het begrip Volks-Kunde op 314 'Al wat men van kolen en asch heeft gefabeld' Maar veelligt zal iemand, op het doorbladeren van alle deeze oudheidkundige bespiegelingen en navorschingen, my nu nog vraagen; wat betrekking heeft toch dit alles op de Natuurlyke Historie onzer Natie? Denzulken antwoord ik, dat het 'er wel degelyk betrekking op heeft, voor zoo verre, uit die oudheidkundige overbrengingen, ten duidelykste blykt, dat de eigenlyke oude Volksaart, 't geen wy meermaals genoodzaakt zyn te herinneren, grootlyks met dien der Romein- sche Volkeren overééngestemd heeft, en ook nog heden onder ons stand houd; het geen de opgenoemde Spelen, in hunnen oorsprong en tegenwoordig gebruik nagegaan, ontegen-zeggelyk toonen. 3 Over de bespiegelingen van Zijderveld: J.J.B. Kuipers, Methoden tegen de helderheid. In: idem, Methoden tegen de helderheid. Essays. Dordrecht, 2014, 249-263. 4 J. le Francq van Berkhey, Natuurlyke Historie van Holland. Dl III. Amsterdam, 1772, 1457.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2019 | | pagina 316