Sporen van Hugo de Groot
Zeeland in het verleden, vóór 1795, onderling nauwere banden onderhielden dan
de andere gewesten (mr. P. Romeyn); de tol van Yersekeroord, naar aanleiding
van een kaart uit de vijftiende eeuw, aangetroffen in het Antwerpse stadsarchief
(mr. A.J. van Deinse); de financiering van de Vlissingse verdedigingswerken in
de zestiende eeuw (J.P. van Visvliet); vervolging van de joden in Middelburg in
1541 (mr. J.H. de Stoppelaar); een gedenkpenning gewijd aan de sekteleider Jacob
Verschoor (A.H.G. Fokker); demografische ontwikkelingen in Middelburg in de
zeventiende en achttiende eeuw (mr. G.A. Fokker); notities van Pieter de la Rue
uit de periode 1723-1740 (F. Nagtglas); afgietsels van Romeinse munten in het be
zit van het Zeeuws Genootschap (dr. G.J. Vögler); en de bijzondere typografische
uitvoering van het in 1563 gedrukte testament van Lowijs Porquin (J.C. Altorffer).
Deze lijst wordt in het Verslag afgesloten met een 'enz. enz.' om aan te geven
dat het slechts een willekeurige greep uit de discussiepunten betrof.7 Die afslui
ting is terecht, want ook uit de handgeschreven notulen blijkt dat er nog veel
andere onderwerpen ter sprake kwamen. Bij het afsteken van geleerde redevoe
ringen in dit voor de buitenwereld ontoegankelijke, voorname gezelschap bleef
het overigens niet. Herhaaldelijk leidden lezingen, gehouden in de Afdeling, tot
publicaties in Archief of elders. In het najaar van 1870 werd er in het zand van het
Plateau, een hoge duinheuvel bij Domburg, een aan Nehalennia gewijde altaar
steen gevonden. Door toedoen van mr. M.F. Lantsheer kon deze steen, op dat mo
ment eigendom van 'den heer Tielenius Kruythoff te Domburgj in de vergadering
van 18 januari 1871 worden bewonderd.8 Het opschrift was toen nog niet volledig
ontcijferd, maar dat duurde niet lang. Nadat E.J. Kiehl over de steen had gepu
bliceerd in de Nederlandsche Spectator van 18 februari 1871, gaf een niet-Zeeuw,
Conrad Leemans, Genootschapslid sinds 1842 en directeur van het Leids Muse
um voor Oudheden, een definitieve beschrijving in de Verslagen en Mededelingen
342
7 Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen. Naamlijst van directeuren en leden. Verslag van
het verhandelde in de algemeene vergadering, 1869-1874, 78. Zie voor een lijst van onderwerpen
van lezingen over de periode 1874-1879 het Verslag, aangehaald in noot 14, 75-77. Een door de
Afdeling voor historische wetenschappen aangelegde verzameling van voorgelezen teksten is
niet overgeleverd.
8 ZA, Archief KZGW, no. 239, f. 47v.