volgens het Verslag van het verhandelde om '[e]ene hulde, welke, gedurende het 110-jarig bestaan van het genootschap, nimmer aan een directeur of lid van die instelling mocht te beurt vallen.14 Nauwelijks anderhalf jaar later werd Lantsheer getroffen door een beroerte. Hiervan herstelde hij weliswaar, maar een nieuwe aanval veroorzaakte op 4 september 1877 zijn overlijden. Hij bereikte de leeftijd van 58 jaar.15 Lantsheer had door zijn carrière als advocaat, rechter en gemeenteraadslid een brede belangstelling ontwikkeld. Dat blijkt duidelijk uit de jaarverslagen en notulen van de Afdeling voor historische wetenschappen, waarin hij ook met op merkingen over lezingen van anderen veelvuldig figureert. Hij was een man van gezag wiens verdiensten voor het Zeeuws Genootschap eveneens tot uitdrukking komen in de necrologieën die weldra na zijn dood verschenen.16 In Archief werd een fraai portret van de overledene afgedrukt, zodat iedere lezer samen met de necroloog, K.R. Pekelharing, nog eens kon vaststellen hoe '[d]e waardigheid van zijn houding, het helder en vriendelijk oog onder het hoog en edel voorhoofd, de fijne trekken om neus en mond' getuigden van 'den ernst der wetenschap, de beschaving van zijn geest en de welwillendheid van zijn gemoed.17 In een herden kingswoord in het Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde stelde G.A. Fokker dat Zelandia illustrata Lantsheer tot roem zou strekken 'zoo lang ook nog maar één exemplaar er van bewaard zal blijven. Ook de dienstvaar digheid van de overledene wordt gesignaleerd. Als hij bij beantwoording van een vraag behulpzaam kon zijn, liet hij al zijn werk liggen om thuis in zijn rijk voor ziene bibliotheek een antwoord te vinden. In een opmerkelijke psychologische karakterduiding komt Fokker vervolgens tot een verklaring voor de bescheidenheid van Lantsheer. Zelf een wat stroeve man die de gave miste zich bemind en populair te maken,18 tekende Fokker Lants- heer als een teruggetrokken, schuchtere intellectueel. Lantsheer was bijzonder gehecht aan zijn moeder, bij wie hij lang bleef inwonen, omdat hij haar niet wilde verlaten voor een betrekking elders. Heen en weer geslingerd tussen de impulsen van een conservatieve omgeving en zijn eigen liberaal-vooruitstrevende opvat- Henk Nellen 345 14 Zie Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen. Naamlijst van directeuren en leden. Verslag van het verhandelde in de algemeene vergadering, 1874-1879. Middelburg, 1879, 69-70. 15 F. Nagtglas, Levensberichten van Zeeuwen, tweede deel. Middelburg, 1893, 40-42, hier 40. 16 Encyclopedie van Zeeland (1982-1984), dl 2. Middelburg, 1982, 283, s.v. Lantsheer. 17 In memoriam, met het portret van Mr. M.F. Lantsheer. In: Archief ZGW, derde deel (1873 1878), nr. 3, i-vii, ondertekend met de initiaal 'K 18 Nagtglas, Levensberichten, eerste deel. Middelburg, 1890, 221-223, hier 222.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2019 | | pagina 347