naamste korte bijdragen door Marie.42 In Meertens' In memoriam zijn nog eens 15 korte en lange bijdragen vermeld.43 Veel van de munten en penningen waarover Marie schreef, bevonden zich in haar eigen collectie. Deze had ze van jongs af aan opgebouwd, vermoedelijk met als één van de beginpunten de munten die ze op het strand bij Domburg vond. Naast haar eigen vondsten stond ze er om bekend dat ze op het strand gevon den munten kocht, al ondervond ze hierbij wel concurrentie van andere geïnte resseerden, zoals kleermaker A. Zwemer uit Oostkapelle. De twee verzamelaars werden door de vinders dan ook regelmatig tegen elkaar uitgespeeld.44 Naast de vroegmiddeleeuwse Domburgse munten verzamelde ze gildepenningen en mun ten uitgegeven door de Munt van Zeeland. Het beantwoorden van alle vragen over munten en penningen zag Marie als een voorname taak. Het kostte haar veel tijd om aan alle verzoeken te voldoen. Hierdoor kwam ze vaak niet aan haar eigen artikelen toe. Ze bleef echter zeer consciëntieus in het beantwoorden en controleren van gegevens. Later in haar le ven had ze er wel wat genoeg van, vooral omdat het ontcijferen van de afgesleten munten, toen ze eenmaal de zeventig was gepasseerd, veel van haar ogen vergde.45 Naast het geven van informatie en het beantwoorden van vragen stelde ze soms zelfs haar eigen collectie ter beschikking om geschiedenis aanschouwelijk te maken. Zo leenden leraressen van de middelbare meisjesschool regelmatig pen ningen voor gebruik in de lessen. Daarnaast kwamen jongeren van de HBS en gymnasia op bezoek, al waren de meesten alleen in de waarde van een gevonden muntje geïnteresseerd; af en toe zat er tot haar vreugde een echte geïnteresseerde jongere bij.46 Met haar artikel in de publicatie Van Vrouwenleeven 1813-1913 ging zij niet alleen in op de rol van vrouwen in de medailleerkunst, maar wilde ze ook laten zien dat de munt- en penningkunde een interessant onderzoeksterrein voor vrouwen kon zijn.47 448 Marie en Antoinette de Man 42 ZB, Collectie Meertens, inv.nr. 28.29, brief 04-01-1931; [J.G. de Man], Lijst der geschriften op munt- en penningkundig gebied door Mej. M.G.A. de Man, 1883-1930. Drukker G.W. de Boer, [1930]. N.B. Na haar broers dood in 1930 heeft Marie de Man de lijst laten drukken. 43 P.J. Meertens, Maria Goverdina Antonia de Man (Middelburg, 19 Mei 1855 - Leiden, 15 Sep tember 1944). In: Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1946, 130-131. 44 ZB, Collectie Meertens, inv.nr. 28.29, brief 27-12-1935. 45 EZ, Archief Van der Feen, brief 02-09-1926; ZB, Collectie Meertens, inv.nr. 28.29, brief 09-01 1932. 46 M.G.A. de Man, Een praatje over numismatiek. (Slot). In: Vrouwenarbeid, no.6, 21 juli 1898: 53. 47 M.G.A. de Man, De vrouw als 'médailleur'. In: A. van Hogendorp, Van Vrouwenleven 1813-1913. Groningen, 1913: 114-128.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2019 | | pagina 450