andere kamers aanwezig waren, gezien de vele toespelingen in de tekst op na men en deviezen van rederijkerskamers. De oudste van beide versies bevat een op een onlogische plaats ingevoegd fragment op ander papier, in een andere hand, waarin de sinnekens tal van toespelingen maken op actuele gebeurtenissen in de Nederlanden tussen 1566 en 1576. Het optreden van de Spanjaarden wordt daarin voorgesteld als werk van de duivel. In de latere versie is dat fragment op een meer logische plaats ingepast, maar wel veel minder polariserend geformuleerd. In Dibbets' artikel zien we voor het eerst iets van de eerder door Van Dixhoorn opgemerkte cultuurhistorische belangstelling, waarbij expliciet aandacht ontstaat voor andere dan literaire of dramaturgische verdiensten - of het gebrek daaraan.59 Dibbets onderzoekt vooral historische aspecten, zoals de omstandigheden waar onder het stuk is gespeeld, het publiek dat daarbij aanwezig was en de manier waarop historische actualiteit erin is verwerkt. Niet alleen Hummelens medewerkers, ook zijn studenten hebben zich met het corpus Fiolieren beziggehouden. Voor studenten was het, behalve als leer- en oefenmateriaal, ook geschikt als stof voor een eindscriptie. In enkele van die on gepubliceerd gebleven scripties is een Fiolierenspel aan de orde, waardoor ze het waard zijn hier te worden vermeld.60 Door een analyse van vijftien rederijkersspe len, waaronder het 's-Gravenpolderse Hertoch Albertus, gaat A. Elbersen na welke ideeën over oorlog er een rol in spelen. Die ideeën blijken genuanceerd te zijn: oorlog is weliswaar een straf van God voor wangedrag van vorst of volk, maar kan door mensen beëindigd worden. Voor vrede geldt mutatis mutandis hetzelfde, net zo genuanceerd: ze is Gods beloning voor goed gedrag van vorst of volk, maar kan door mensen bewerkstelligd worden.61 Een scriptie van W. Kamps vergelijkt het 's-Gravenpolderse spel Abraham en Loth met Francois Machets tragedie Sodoma, dat hetzelfde verhaal vertelt.62 De 486 'De wereld in' 59 Van Dixhoorn, De rederijkerskamer, 67-71. 60 Aangetroffen in het scriptiearchief van de vakgroep Nederlandse Taal en Cultuur van de Ka tholieke Universiteit Nijmegen. De opleidingscoördinator, dr. Jos Muijres, laat weten: 'Wellicht zijn er meer scripties geschreven, het scriptiearchief is allesbehalve volledig', (e-mail 02 11-2017). Soms bleven scripties in het persoonlijk archief van de begeleidende medewerker. Zo bereikten enkele van die werkstukken mij door de vriendelijke tussenkomst, waarvoor ik hem hartelijk dank, van prof. dr. Bart Ramakers (Rijksuniversiteit Groningen) die ze in bewaring kreeg uit het persoonlijk archief van prof. dr. W.M.H. Hummelen. 61 A. Elbersen, Oorlog in en buiten de rederijkersliteratuur van de zestiende eeuw. Ongepubli ceerd. Nijmegen, 1987. 62 Daarover W.N.M. Hüsken, Franchois Machets tragedie Sodoma. In: G.R.W. Dibbets en P.W.M. Wackers, (red.), Wat duikers vent is dit! Opstellen voor W.M.H. Hummelen. Wijhe, 1989, 219 235.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2019 | | pagina 488