en met 18,8 in de Verklikkerduinen aan de noordkust de dalen a tot en met g, en op
het strand tussen Westenschouwen en de vuurtoren lagen zijn vakken I tot en met
IX. Vrijwel zonder verdere selectie werden de vondsten geborgen in doosjes en
sigarenkistjes met een vaste code en dat was een goede methode in deze situatie.
Op het strand van Westenschouwen en noordelijker vond Hubregtse veel Ro
meinse munten en Merovingische sceatta's, vergelijkbaar met Domburg maar in
kleinere aantallen. Ook lagen er Karolingische sierspelden (fibula's). In de duin
valleien vond hij wel eens munten, maar minder. Het strand van Westenschouwen
bij strandpaal 1 (nu 17) leverde veel jongere metaalvondsten op uit de veertiende
en vijftiende eeuw, zoals insignes, gespen, sieraden, en de al eerder genoemde
zilveren en gouden munten. In de Verklikkerduinen lag alleen materiaal jonger
dan de Middeleeuwen.
J.H. Holwerda (1873-1951) stimuleerde Hubregtse een artikel over zijn vond
sten te schrijven en dat verscheen in 1923, ruim tien jaar na zijn eerste speurtoch
ten.9 Hubregtse gaat uitvoerig in op de vondstomstandigheden. Hij laat voor dit
artikel zeven foto's maken door P.C. van Immerzeel uit Zierikzee, die een goed
beeld geven van de stuivende duinen. Ook maakte Johannes Vijverberg, hoofd
van de openbare lagere school in Noordgouwe, voor collega Hubregtse lantaren
plaatjes en filmstroken om bij zijn voordrachten te gebruiken.10
'De Frankische nederzettingen in de duinen van Schouwen'
Dit artikel van zeventien bladzijden (in groot folio) met foto's, kaarten en tekenin
gen, verscheen in Oudheidkundige Mededeelingen uit 's Rijksmuseum van Oudhe
den te Leiden (1923), dat onder redactie stond van J.H. Holwerda. De titel is tussen
aanhalingstekens geplaatst om aan te geven dat het de mening van Hubregtse
betreft. Zowel op de woorden 'Frankisch' als 'nederzettingen' (in de betekenis van
huisplattegronden) is namelijk wel wat af te dingen.
Onder 'Frankisch' verstaat Hubregtse de scherven van blauwzwarte en lichtge
le kogelpotten, door hem soms 'Karolingisch' genoemd en dus uit de negende en
tiende eeuw stammend. Deze kogelpotten zijn echter geïmporteerd uit Paffrath,
Pingsdorf en Andenne in de elfde en twaalfde eeuw, een paar eeuwen jonger dan
Frans Beekman
499
8 J.A. Hubregtse, De Frankische nederzettingen in de duinen van Schouwen. In: Oudheidkundi
ge Mededeelingen uit 's Rijksmuseum van Oudheden te Leiden 4, 1923, kaart: 'Kust van Schou
wen met dalen in de duinen.'
9 Hubregtse, Frankische nederzettingen.
10 Dit materiaal bevindt zich nu bij Jan Schot in Zierikzee.