plaats Akkertje lagen de stroken bouwland ('meetjes') met ertussen greppels op 4
meter NAP. In een profiel in het Tegeldal lag het oude akkerniveau op 4,8 meter
NAP. De bewerkte bodem is de bovenkant van het vrij vlakke Oude Duin en
was al in de Ijzertijd in gebruik. Van een boerderij werd niets gevonden. Vermoed
wordt dat die wat hoger in het landschap lag en dat de sporen ervan zijn weg
gewaaid. Voor de Middeleeuwen, een periode vrijwel zonder historische bron
nen voor de duinen, bood de archeologie volgens de hier beschreven methode
een goed inzicht in de vorming van de jonge Duinen tussen de tiende en der
tiende eeuw. Dankzij de ijver van meester Hubregtse en de vrijwilligers van de
AWN werd een bijzondere resultaat bereikt. De kennis over het ontstaan van de
Schouwse duinen nam hierdoor sterk toe.
Onverwacht kwamen in januari 1994 resten van het oude Westenschouwen
op het strand aan de oppervlakte. Dat was in de tijd van Hubregtse ook vaak het
geval geweest en eveneens in 1947, 1967 en 1975. Door mariene en eolische erosie
verdween het strandzand en in een zwin kwam kleigrond aan de oppervlakte.
Hierin stonden palen en wanden van huizen of schuren en waren er tonputten.
Uit de cultuurlaag kwamen veel scherven tevoorschijn uit de veertiende en vijf
tiende eeuw. Met de metaaldetector werden zeer veel middeleeuwse voorwerpen
gevonden, waaronder meer dan duizend profane en religieuze insignes.49 Ook
hier werkten de vrijwilligers van de AWN en enkele particulieren samen op het
strand, waar in de periode 1911 en 1940 Hubregtse veel had gespeurd. Tegenwoor
dig is de vindplaats verdwenen onder de zandsuppleties. In de dertiende eeuw lag
er het vissersdorp Paalvoetsijde. Door erosie van de Oosterschelde was men toen
gedwongen achter de smalle Zuidduinen een inlaagdijk aan te leggen. In deze
dijk, waardoor de kreek Amer naar zee liep, werd een kleine haven aangelegd
met een houwer of spuikom om die haven door te spoelen. In 1296 noemde men
het 'de nieuwe haven in Westland', later Westenschouwen. De bloei van deze ne
derzetting vond plaats in de vijftiende eeuw met haringvisserij en internationale
handel.50 De gevonden gouden schilden van Philips de Goede (1419-1467) spreken
duidelijke taal over de welvaart van het dorp Westenschouwen.51
Frans Beekman
513
49 L. van der Valk, Scherven op Westenschouwens laag water. Vondsten in het buitengebied van
's Gravenhage. In: Kwadrant (AWN, afd. Den Haag e.o.), 1994-2, 16-23. Beekman en Van Beu-
ningen, Westenschouwen.
50 Beekman, Kop van Schouwen, 87-98.
51 Jacobi, Enkele munten.