geleidelijke transformatie van twee vertrouwde kenbronnen, woord en getal, in humanistische tekstkritiek en geavanceerde mathematisering ondergroeven van af de vijftiende eeuw dit bouwwerk. Tegelijkertijd werden de personae van de kunstenaar, de literator en de onderzoeker opnieuw gethematiseerd. Dat proces heeft een lange looptijd gehad en werd pas ver in de negentiende eeuw voltooid.34 De genootschappen hebben daarbij een cruciale rol gespeeld en een grondig on derzoek van de prijsvragen zal helpen dat proces veel nauwkeuriger in kaart te brengen dan tot nu toe mogelijk was. Ik heb het tot nu toe vooral over de wetenschappelijke rol van de genootschaps prijsvragen gehad, maar ze hebben ook een belangrijke bijdrage geleverd aan het debat over een 'civil society' en wat daarvoor nodig was. De literaire genootschap pen en het Nut speelden op dat gebied eveneens een onmisbare rol. Gezamenlijk schetsten ze de contouren van een hechte burgerlijke samenleving, een wereld waarin individuele vrijheid en wederzijdse afhankelijkheid en solidariteit nauw met elkaar verbonden waren. De medemenselijkheid werd er bezongen, plannen voor een nieuw type ar menzorg gemaakt, het recht op werk verwoord, gezondheidszorg als mensen recht geformuleerd, wetenschap vermaatschappelijkt en tenslotte werden er ont werpen gemaakt voor een voor allen toegankelijk modern onderwijssysteem. Die nieuwe wereld van vrijheid en wederzijdse zorgzaamheid was gebouwd op een hoogwaardig moreel burgerbesef. Die morele opvoeding moest in gezin, school en genootschap plaatsvinden maar het belangrijkste hulpmiddel was het lezen. Bibliotheken waren voor die nieuwe burgerwereld dan ook onmisbaar.35 In de Staatsregeling van 1798, de eerste echte grondwet van Nederland, werden al deze principes zoveel mogelijk als grondrechten vastgelegd. Een zorgvuldig onderzoek van de debatten in de genootschappelijke wereld en dan vooral rond de prijsvra gen zal ons inzicht in het ontstaan van moderne concepties enorm doen toene men over wat een samenleving nu eigenlijk is. 54 Genootschappen, prijsvragen en een wenkend perspectief 34 Zie voor een eerste schets van deze ontwikkelingen in het tijdvak van de genootschappen: W.W. Mijnhardt, 'The World We Have Lost.' In praise of a comprehensive concept of science and scholarship. In: D. Meijers en E. Bergvelt (red.), Museums and (the Loss of?) the Ency clopaedic Ideal. Leiden, 2019, in druk; In het kader van het Global Knowledge Society Project heeft een internationale groep onder leiding van Fokko Jan Dijksterhuis en Marieke Hendrik- sen een bundel in voorbereiding over deze ontwikkelingen. 35 Kloek en Mijnhardt, Blauwdrukken, passim; W.W. Mijnhardt, Het mislukte offensief van de drukpers. In: Jaarboek voor Nederlandse Boekgeschiedenis, 25, 2018, 11-17; idem, Meervoudige Moderniteit en de Vergeten Erfenis van de Nederlandse Verlichting. In: Jaarboek De Achttien de Eeuw, 2018, 19-33.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2019 | | pagina 56