Oprichting van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen
ving kunnen betekenen toen hij, net vijftig jaar, in de zomer van 1782 werd geveld
door een griep en enkele dagen later door een beroerte. Op 12 augustus van dat
jaar overleed hij aan de gevolgen daarvan.31
De jonge David Henri Gallandat kwam na de dood van zijn vader in Vlissingen
terecht, genoot daar het vervolg van zijn opvoeding en werd opgeleid tot de be
kende arts die hij later zou worden. Omdat de Franse gemeenschap in Vlissingen
bovendien een grote en sturende rol had in het plaatselijke culturele leven was het
vanzelfsprekend dat David daaraan ging deelnemen. Hoewel hij een aantal jaren
uit Vlissingen weg was om te reizen en te studeren, keerde hij er steeds terug: daar
woonden zijn familie, zijn vrienden en zijn geestverwanten. Hij trouwde met een
dochter van een van hen, vestigde zich, kreeg er een zoon en werd er begraven.
De randvoorwaarden
De tweede aanname van Heeringa kwam erop neer dat er volgens hem in Vlis-
singen onvoldoende randvoorwaarden aanwezig waren om, zonder de stuwende
invloed van een externe factor zoals de komst van een Zwitserse arts, een vrucht
bare bodem te creëren voor het ontstaan van een wetenschappelijke organisa
tie. In het voorgaande is deze gedachte al voor een deel genuanceerd: het aantal
hugenoten dat zich in de zestiende en zeventiende eeuw in Vlissingen vestigde
was substantieel en hun invloed op de Vlissingse intellectuele elite aanzienlijk.
Toch is het de vraag of het Genootschap er was gekomen zonder de andere bevol
kingsgroepen. De hugenoten als groep en Gallandat als persoon waren belangrijk,
maar niet doorslaggevend. Dat was het totaal aan groeperingen en leidende per
soonlijkheden die de stad in de zestiende, zeventiende en achttiende eeuw kleur
gaven en die uiteindelijk de voorwaarden schiepen voor het ontstaan van 'Het
wonder van Vlissingen waarvan het Genootschap, naast de doorbraak van de
schrijfster Betje Wolff en de dichter Jacobus Bellamy, onderdeel was.32 Deze kwa
lificatie is de titel van een artikel van de hier al eerder geciteerde Middelburger
Pieter Jacobus Meertens, oprichter van de Bureaus voor Dialectologie, Volkskun
de en Naamkunde in Amsterdam waarvan hij tot aan zijn pensionering in 1965 di-
68
31 Deze biografie van David Henri Gallandat is samengesteld op basis van de gegevens in: J.Z.S.
Pel, Chirurgijns, doctoren, heelmeesters en artsen op het eiland Walcheren 1700-2000. Middel
burg 2006, 429; C.M. Verkroost, Een schrijven van Paulus de Wind in 1769 aan David Henry
Gallandat. In: Medisch Contact, 1975, 770-771, 770-771; Van Grol, Zeeuwsch Genootschap, 5;
Nagtglas, Levensberichten, 241, 239-243.
32 Meertens, Het wonder van Vlissingen, 63-67.