Met het wetenschappelijk gehalte van het Genootschap tussen 1769 en 1789 lijkt
dus niet veel mis te zijn. Ook was er nauwelijks sprake van een op Zeeland ge
richte oriëntatie. Tussen 1789 en 1801, het jaar van de verhuizing, verschenen er
nog twee edities van de Verhandelingen. Deze weken voor wat betreft het niveau
van de auteurs en de bijdragen niet af van het beeld dat we hebben gekregen van
de twintig jaar daarvoor. Het enige verschil dat kan worden vastgesteld was de
frequentie van verschijnen. Tussen 1769 en 1786 waren er elf edities: gemiddeld
eenmaal per anderhalf jaar. Tussen 1787 en 1801 waren er twee: gemiddeld een
keer per viereneenhalf jaar. De laatste verscheen in 1792.
Deze teruggang had echter andere oorzaken, die uiteindelijk zouden leiden tot
de verhuizing in 1801 naar Middelburg. De lagere frequentie van de Verhandelin
gen was vooral een gevolg van de slechte financiële situatie van het Genootschap,
een toestand die in de jaren negentig was begonnen en sindsdien alleen maar
erger was geworden. De economische situatie in Vlissingen was, net als in de rest
van Zeeland en de Republiek, niet gunstig. De Republiek raakte na ruim een eeuw
weer in oorlog met Engeland, de driehoekshandel liep op haar eind en de handel
met Oost-Indië stagneerde. Anders dan voorgaande jaren wist Vlissingen niet van
deze oorlog te profiteren om de eenvoudige reden dat er niemand meer was te
66 Ibidem, XLIX-LXXI.
Peter van Druenen
8l
Jaar
nr.
alleen Zeeland
algemeen, casus Zeeland
algemeen
1784
XXVI
wetenschappelijk niveau
en regionalisme
1785
XXVII
zedenleer
1785
XXVIII
wiskunde
1786
XXIX
genootschappen
1786
XXX
financiën
1786
XXXI
koloniën
1788
XXXII
aardrijkskunde
1788
XXXIII
geneeskunde
1788
XXXIV
geschiedenis
1789
XXXV
wetgeving
1789
XXXVI
wetenschap
Tabel 3. Reikwijdte van de categorieën van alle 36 prijsvragen tussen 1769 en 1789.66