Huib J. Zuidervaart
belangwekkende storingsberekening van een voorspelde komeet.43 Deze bereke
ning waarbij de invloed van de zwaartekracht van alle betrokken hemellichamen
op de baan van de verwachte komeet in ogenschouw was genomen, was een gi
gantenarbeid waarover de Leidse hoogleraar Frederik Kaiser zou opmerken dat
deze 'menigen sterrekundige nog lang daarna verleegen' zou maken.44 Het voert
nu te ver om inhoudelijk op dit werkstuk in te gaan, maar het is duidelijk dat ook
in de familie Bomme wetenschappelijk-cultureel kapitaal van de ene generatie op
de andere is doorgegeven.45
Daarvan is beslist ook sprake bij een derde voorbeeld, de iets vroegere tak van
de familie Bomme. Hier begint de wetenschappelijke interesse bij de koopman
Jan Bomme Leendertz (1691-1755), die in 1746 door Stocke genoemd wordt als
deelnemer aan zijn 'Genootschap in de Natuur- en Bespiegelende Ontleedkunde,
samen met onder meer astronomus Jan de Munck.46 We weten dat er in die kring
zowel natuur- en sterrenkundige observaties als experimenten met 'konstwerk-
tuigen' werden uitgevoerd. Dat Jan Bomme daarin participeerde blijkt uit het ge
geven dat hijzelf ook een collectie 'mathematische instrumenten' bezat, een term
waarmee destijds ook sterrenkundige apparaten werden aangeduid. Die instru
menten werden in 1761 door Jans weduwe publiek geveild.47 Jans zoon, de eerder
genoemde Leendert Bomme, trad in de voetsporen van zijn vader. Eind jaren 1770
zou hij in Middelburg de spil worden van talrijke wetenschappelijke en culturele
initiatieven.48
Maar deze Leendert had zijn vorming niet alleen aan zijn vader te danken. Ook
een van de vrienden van zijn vader speelde hierin een rol, hetgeen onderstreept
dat cultureel kapitaal niet alleen binnen de huiselijke kring, maar soms ook via
de vriendenkring kon worden overgedragen. In 1781, in een toespraak voor het
Natuurkundig Gezelschap, verhaalde Leendert Bomme namelijk dat hij veel te
danken had aan de Middelburgse oogarts en doopsgezinde voorganger Johannes
Nettis (1707-1777). Hij had namelijk het genoegen gehad om 'verscheiden jaren'
139
43 Bomme, Proeve eener berekening (1853).
44 Kaiser, Inlichtingen omtrent de groote komeet (1856), 359.
45 Zie voor details over Bommes storingsberekeningen: Zuidervaart, Konstgenoten (1999), 398
403.
46 Zie de ledenlijst in Stocke, Afscheidsredevoering (1746).
47 Geveild door Margaretha van Besten (1695-1761), de weduwe van Jan Bomme Leendertz (1691
1755). Zie: Middelburgsche Courant, 21 april 1761.
48 Van Benthem Jutting, Leendert Bomme (1969).