Over 'Astronomisten' en 'Konstgenoten' Hij wenst dan ook dat zijn 'orgieneele tekening[en]' zullen dienen 'tot een ge schenk voor het algemeen'. Na zijn dood in 1838 schonken Tevels erven daarom zijn 850 originele projectietekeningen van zonnevlekken gevat in een speciaal kistje aan het Zeeuwsch Genootschap.114 Maar zijn drie waarnemingsboeken, "bevattende 751 teekeningen van de pracht der zon en zonnevlekken, nevens eene reeks van waarnemingen", werden vermaakt aan het Koninklijk Instituut van We tenschappen, Letterkunde en Schoone Kunsten te Amsterdam.115 Die verdeling van Tevels nalatenschap was een wijs besluit, want in Zeeland zijn de 850 projec tietekeningen niet meer terug te vinden, terwijl bij het Koninklijk Instituut (de huidige KNAW) Tevels waarnemingsboeken sinds de schenking al meermalen benut zijn voor wetenschappelijke doeleinden.116 Tenslotte: wanneer we de lokale kennistransmissie bezien vanuit het oogpunt van het aan Bourdieu ontleende concept 'cultureel kapitaal, dan wordt duidelijk waarom in de relatieve afzondering van het laat-achttiende-eeuwse Middelburg de sterrenkundige belangstelling soms generaties lang is doorgegeven. Het ver leende aan de betrokken families een distinctieve waarde, waar ze een zekere trots aan konden ontlenen. Dat in 'cultureel kapitaal' ook een economische waarde lag besloten, zodat rond 1800 de eerste wetenschapsgerelateerde betaalde banen kon den ontstaan, was mooi meegenomen. Maar doordat enerzijds in de eerste helft van de negentiende eeuw de fysico-theologie als dominante drijfveer verdween en anderzijds wetenschappelijke kennis steeds toegankelijker werd - ondermeer door het openstellen van het Natuurkundig Gezelschap en het houden van pu- 158 Ik heb voor mijzelven meenige-maalen werksaam geweest met mijne gedagten dat na mijn dood mijn orgieneele waarneming teekeningen onder mijn nalaten schap, en onder mijne scheurpapieren zouden verlooren gaan. en [voor] mijn nakomelingen [en voor] de sterrekunde zoude verlooren zijn, om eenige nuttig heden voor hun zelven daar van te plukken, voor hun studie.113 113 Tevel, tweede waarnemingsboek, laatste [ongenummerde] bladzijde. 114 Zeeuws Archief, archief KZGW, inv. nr. 65: schenkingsbrief van Pieter Tevel Pzn (1790-1865) en Simon Tevel Pzn (1795-1865), d.d. 18 oktober 1838. Tekeningen vermeld in: Van Visvliet, Inventaris der handschriften (1861), 36. 115 Schenking vermeld in: Nieuwe verhandelingen der Eerste Klasse van het Koninklijk-Neder- landsche Instituut van Wetenschappen, Letterkunde en Schoone Kunsten te Amsterdam 7, 1838, pag. LXXIV. 116 Wolf, Aus den Manuscripten von C. Tevel (1859); Buys Ballot, Iets over een ring om de zon (1860), 131; Spörer, Schreiben (1890). Zie ook: Zeeuws Archief, archief KZGW, inv. nr. 68: brief astronoom M. Hoek te Utrecht aan J.H. de Stoppelaar, secretaris ZGW, d.d. 12 februari 1865.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2020 | | pagina 159