veel wisselbrieven die koloniale kopers van slaven trokken op (meestal Amster
damse) handelshuizen echter 'geprotesteerd' Dit hield in dat het betrokken han
delshuis de wisselbrief niet honoreerde en er dus geen geld voor gaf. De trekker
van de wissel had in zo'n geval geen tegoed bij het handelshuis en werd niet kre
dietwaardig geacht. Slavenhandelaren moesten hun geld in dat geval op een ande
re manier claimen bij de koper van de slaven, maar dat kon lang duren.
De uitreding van slavenschepen
In de zomer van 1770 vertrok de Vlissingse Hoofdnegotie uit de haven van Vlis-
singen.28 Het fregatschip voer onder directie van Snouck Hurgronje Louijssen
naar Guinea voor een slavenreis. De naam van het schip laat zien hoe belangrijk
slavenhandelaren hun handelstak vonden voor de lokale economie. Ook in ver
zoekschriften aan overheden lieten ze vaak duidelijk blijken hoe belangrijk de sla
venhandel was, zeker in het licht van de zware Hollandse concurrentie in andere
bedrijfstakken. In 1770 noemden Vlissingers en Middelburgers de slavenhandel
de 'voornaamste, ja de eenigste tak van behoud der beide steeden.'29 Dat was geen
nieuw geluid, want al twee decennia eerder hadden Vlissingers laten weten dat
zonder de slavenhandel en de Afrikaanse handel 'alle ingezetenen winkeliers
zonder nering off kostwinning zouden blijven.30 De slavenhandel beïnvloedde de
economie op verschillende manieren: de uitreding van de schepen leverde activi
teit op, maar ook de productie van handelswaar voor de export naar West-Afrika
was een potentiële inkomstenbron.
Toen de Staten-Generaal de slavenhandel in 1730 openstelden voor particulie
re kooplieden, stelden ze het Reglement op de vrije vaart op Afrika op.31 Volgens
dat reglement moesten Nederlandse slavenschepen gebouwd zijn op Nederland
se werven en moesten slavenhandelaren deze uitreden in Nederlandse havens.
De slavenhandel moest immers de Nederlandse economie ten goede komen.
Het aantal mensen dat betrokken was bij het bouwen, onderhouden en uitreden
van slavenschepen oversteeg ruimschoots het aantal mensen dat meevoer op die
schepen. Naast de grootschalige activiteiten van de Zeeuwse Kamer van de Ver-
202
Het economische belang van de slavenhandel voor Walcheren, 1755-1780
28 TSTD Voyages Database, voyage #11101.
29 NL-HaNA, VWIS 1222, rekest van 'verscheide commercieerende ingezeetenen der steeden
Middelburg en Vlissingen, (scan 63).
30 NL-MdbZA, MCC 19, vergadering 16 juni 1750, verslag Casparus Ribaut (vanaf scan 176).
31 NL-HaNA, VWIS 9, Reglement, waar op onder de navolgende conditien de vrije vaart op de
kust van Africa aan de onderdaanen der Vereenigde Nederlanden, onder betaling van recogni
tie, opengestelt werdt,