donkergekleurd vruchtwater, een omineus teken. Het kind blijkt inderdaad dood en bovendien treedt bij deze verlossing als complicatie incontinentie voor urine op.55 De kraamvrouw herstelt daarvan moeizaam. Om beschadiging van het pe rineum te voorkomen, gaat hij zeer zorgvuldig te werk. Herhaaldelijk vermeldt hij dat hij de hefboomprocedure stopt en dat het kind dan spontaan wordt gebo ren. Ook beschrijft hij hoe er, ondanks zijn pogingen om het perineum 'met veel management' neer te drukken of te bevochtigen, toch een inscheuring van een halve pink ontstaat. Daar ondervindt de vrouw in het kraambed dan hinder van. Inknippen of hechten van het perineum beschrijft hij nergens.56 De Wind plaatst de hefboom meestal op het achterhoofd, een enkele maal over het oor van het kind. Camper adviseerde om de hefboom op de kin te plaatsen, maar De Wind doet dat nooit.57 Eenmaal, bij een stuitbevalling, legt hij de hefboom aan op het nakomende hoofd. Maar dat kost te veel tijd en het kind overlijdt. Na 1777 gebruikt De Wind nauwelijks meer een hefboom, maar grijpt hij direct naar de "verbeterde kromme" tang van Smellie, die hij bij 71 verlossingen aanlegt. 'Dit instrument is onontbeerlijk inde Vroedkunde en komt bijna in meest alle en- clavementen te pas, schrijft hij. Dat blijkt ook uit de verslagen. Past De Wind deze tang aanvankelijk toe in het tweede stadium van indaling, later doet hij dat ook in het derde stadium en tevens, in plaats van de hefboom, dus in het vierde stadium. Op moederlijke indicatie legt hij de tang - evenals de hefboom - aan bij stuipen en zwakte van de vrouw en tweemaal vanwege een uitgezakte navelstreng. Vijf- Mely van Malenstein 77 55 Verslag nr. 95, 1773. 56 Episiotomie, inknippen van het perineum, is in 1742 voor het eerst beschreven door de Ierse Fielding Ould. Hij paste die ingreep toe als het perineum te stug en de vulva te nauw was om het kind geboren te laten worden. Tot aan het eind van de i9e eeuw was er veel weerstand tegen. In het begin van de 20e eeuw nam die weerstand af en werd episiotomie vaak toegepast ter voorkoming van inscheuren van het perineum. J. de Graaff, De episiotomie. In: Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, 119, nr. 27, 1975, 1077-1079. De man-midwife Fielding Ould studeerde van 1735 tot 1737 in Parijs bij Gregoire, evenals Paulus de Wind. Het is aanneme lijk dat ze elkaar daar ontmoet hebben, want Paulus de Wind studeerde in 1735 bij dezelfde vroedmeester. Fielding Ould (1710-1789) heeft veel moeite gedaan om toegelaten te worden tot het College of Physicians. Dat lukte hem eerst niet, omdat de verloskundige praktijk als minderwaardig werd beschouwd voor de geneeskundige professie. In 1761 werd voor hem een uitzondering gemaakt en werd hij toegelaten. In zijn standaardwerk A Treatise of Midwifery dat in 1742 verscheen en dat beschouwd wordt als de eerste Engelse obstetrische tekst van belang, pleit hij ervoor om episiotomie toe te passen als het perineum te stug is. Zie: P.M. Dunn, Bartholomew Mosse (1712-59), Sir Fielding Ould (1710-1789), and the Rotunda Hospital, Dublin. In: Archives of Disease in Childhood - Fetal and Neonatal Edition, 1999, 81: F74-F76. 57 Zie ook een animatiefilmpje van museum Boerhaave. https://www.youtube.com/watch?v=jd- WmiXxb-LI.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2020 | | pagina 78