X ruimte versier, de omgeving verander en waar honderden mensen mijn werk zien. Reizen en trekken, veel afbreken en opbouwen. Je bent ook af van dat gezeik 'wat is nou kunst?', je bent ge woon onderdeel van het hele gebeuren. De kontekst is in elk geval groter dan hangen in een galerietje en wachten tot er iemand naar binnen struikelt, om hem er dan met zijn neus op te drukken dat wat daar hangt kunst is. Ik ga met zoveel mensen om, dat ik geen zin heb me met dat soort men sen bezig te houden. Dat soort lui beschikt alleen over twee grote glasplaten, waar achter een paar borrels kunnen worden neergezet en een paar schilder ij en tegen de verveling van de heersende klasse. Nee, met de conventionele kunstwerel wil ik niets te maken hebben. Daarmee heb ik alle banden wat mij be treft doorgesneden." OVER AKTIES EN VERZET Voor echte veranderingen heb je een verandering nodig op b e - wustzijnsniveau, in mijn geval de mensen anders leren k ij ken. Het middel maakt trouwens in wezen niet uit, of het nu een span doek, een bezetting, een gedicht of een brandbom is. Ja, wat moet ik daar nog over zeggen, dat is toch duidelijk, niet? Sa men met anderen, of het nu om krakers of anti-kernenergie ak- tivisten of anti-militaristen gaat, en niks geen ideologie of parlementaire aspiraties, dat is een fiktie. Samen met anderen en ja, als het tegen de onderdrukker is gericht zijn er zoveel middelen." OVER DE KONINGIN De koningin heeft op zo'n Kees Boeke school gezeten, met anar chistische grondslagen, wat vervaagd, maar toch, en waar talen ten in een vroeg stadium worden opgespoord. Die meid had na tuurlijk gewoon beeldhouwster moeten worden. Ze had moeten zeg gen: we schaffen dit af, maak er maar een republiek van en laat de mensen het maar uitzoeken, dan kan ik in mijn atelier. Maar zo mocht het niet wezen, al is zij wel de enige beeld houwster wier hoofd op een postzegel staat." PSDe lezers van het interview zullen vergeefs zoeken naar mijn inbreng in het gesprek, eventuele kritische vragen, discussie en dergelijke. Hen moet ik meedelen geduld te oefenen tot het moment dat ik mezelf ga interviewen, maar beloven doe ik niks. WILLY DE HOUCK 30

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 1988 | | pagina 30