Later dan verwacht presenteren we de nieuwe uitgave van Ballustrada: een dubbelnummer. De ons toegezegde essays waren van een dusdanige lengte, dat we moeilijk anders konden. We hebben voor het thema 'Anarchisme en Literatuur' gekozen. Typisch een onderwerp voor een 'marginaal' blad als het onze. Over het algemeen maken de commerciële literaire bladen zich weinig druk om literatuur die uitdrukking geeft aan maatschap pelijke of religieuze bewogenheid. Anarchistische literaire uitingen beperken zich meestal tot poezie en het essay. Proza is in ons land bij uitstek het domein van de realisten. Daarom treft u in dit nummer een aantal essays en een kleine bloemlezing poezie aan. Over de essays valt formeel gezien weinig op te merken. Bert Altena verzorgt een inleiding op de geschiedenis van het anar chisme. Psziko Jacobs gaat de historie na van de Nederlands talige anarchistische poezie. Jan Bervoets geeft zijn persoon lijke poëzieopvatting en een beknopt overzicht van hedendaagse stromingen De poezie laat zich grofweg in dri^e richtingen indelen. We onderscheiden: sociaal-subversieve poezie (o.a. Gramschap), so ciaal-moralistische (retorische) poezie en surrealistische poezie (Orfeus). De lezer dient zich om bovenstaande, waarschijnlijk geforceerde indeling niet al te druk te maken. Ze is een voorlopig hulp middel. Voor een goed begrip van de zaak is het wel noodzake lijk, dat men beseft dat het om anarchistische literatuur in 'engere zin' gaat. Immers is het zo, dat, om maar eens met Arthur Lehning te spreken, '...zeer veel werken van kunst en kuituur in het algemeen doortrokken zijn van de geest die ken merkend is voor het anarchisme'. (1) Tenslotte iets over ons interview: dat is terug van - even - weggeweest. Jan Bruens, beeldend kunstenaar en initiatiefnemer van Gramschap, ventileert zijn anarchistische ideeen en legde de interviewer het zwijgen op. DE REDAKTIE (1) Citaat uit 'Over Anarchisme', Ithaka- deel 2, Essays en commentaren van Arthur Lehning.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 1988 | | pagina 4