VRIENDEN VAN VROEGER Paderborn heette hij. Wat een kerel. Ik zie hem nog voor me. Zij vader was direkteur van een regenjassenfabriek Verschrikkelijk, wat heb ik met die jongen gelachen. Ik herinner me nog een keer dat we samenNee wacht, dat was niet met Paderborn. Dat was samen met mijn goede vriend Kees. Ik herinner me dat Kees en ik beiden werden uitgenodigd door de burgemeester van ons dorp om op het gemeentehuis een plan te bespreken wat hij had ontwikkeld. Ja, moet je nagaan hoor. Kees en ik, de grootste anarchisten die er op het dorp rondliepen Het kwam hier op neer: De burgemeester vond dat er in zijn gemeente te weinig werd gedaan voor de jeugd. Derhalve had hij in overleg met een aantal jeugdwerkers een plan ontwikkeld om de jongeren "in alle vrijheid" gelegenheid te geven zich te ontplooien. Hij stelde hiervoor een onbewoonbaar verklaarde woning ter beschikking die de jongeren naar eigen inzicht konden inrichten en waarin de nodige aktiviteiten konden worden ontplooid. Voorwaarde was echter dat het hoofdzakelijk kulturele aktiviteiten moesten zijn. Het mocht geen goedkoop café worden. Kees en ik verklaarden ernstig kijkend dat wij ons hierin wel konden vinden. Immers, ons kulturele leven speelde zich in die tijd hoofdzakelijk af in de kroegen waar we broeierig diepzinnige gesprekken hielden. Vaak onderbroken door de ka.stelein die de glazen weer kwam vullen. En waarbij we schimpten op de domme boeren die het biljart bezet hielden en veel lawaai maakten. Wij voelden ons in dit gezelschap duidelijk niet thuis van wege ons intellektuele niveau. U begrijpt dat wij onze burge meester, onze burgervader eigenlijk, hoog op de lijst van Zeer Sympathieke Personen plaatsten toen hij met zijn plan op de proppen kwam. We zaten, zo verklaarden we handenschuddend, wis en waarachtig op dezelfde lijn. Nog diezelfde week ver zamelden we een aantal mede-intellektuelen om ons heen en gingen aan de slag. De opening was een sukses. Wij hadden ons allen deftig in het pak gestoken en gedroegen ons voorbeeldig, voerden ge- annimeerde gesprekken met de genodigden en dronken een sapje. Ook de meisjes waren allercharmantst De burgemeester bewoog zich als Sinterklaas tussen de mensen en glom van plezier. De geboorte van onze soos was een feit. Een week na de opening begonnen we met onze eerste kulturele aktiviteit. Op voorstel van Bets, een zeer ernstig meisje met persoonlijke moeilijkheden nodigden wij een doctorandus uit die alles afwist van het existentialisme. Kees en ik vonden het een uitstekende geheugenopfrissernadat we beiden de betekenis van het woord hadden opgezocht. Bets benadrukte het belang van deze moderne stroming en wij waren het volkomen met haar eens. Wel vonden we het geen slecht idee om er iets bij te drinken. Dat maakte de diskussie over het algemeen wat sprankelender was onze ervaring. Op de bewuste avond zat de soos stampvol. Wij plaatsten de man, een leraar sociale geschiedenis van rond de vijfig, gezellig naast de open haard waar hij een gloedvol betoog hield over het onderwerp wat hem en ons zo bezighield 6

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 1989 | | pagina 8