De WOV en het Rijksbeleid Dr. P.J.M. VAN DER AART In tal van nota's is het Rijksbeleid met betrekking tot het landelijk gebied neergelegd. De belangrijkste rijksnota's in deze zijn: de Vierde Nota Ruimtelijke Ordening Extra (VINEX) en het Natuurbeleidsplan (NBP). Het is interessant na te gaan hoe de voorgenomen vaste oeververbinding over (onder) de Westerschelde strookt met het geformuleerde Rijks beleid. Een te verdedigen stelling luidt dat een eventuele aanleg van een WOV, aansluitend op Zuid-Beveland, strijdig is met het Rijksbeleid. Allereerst zij opgemerkt dat de rijksoverheid zich nooit definitief heeft uitgesproken over de wenselijkheid van een WOV. De WOV staat op gespannen voet met de VINEX waarin voor de Zak de blauwe koers wordt voorgesteld. De blauwe koers houdt in dat geen grote infrastructurele werken zullen worden geëntameerd. De VINEX geeft voor Zeeland een hoofdtransportroute in oost-west richting aan en stelt expliciet dat 'De internationale verbinding van de Randstad en zuid-west Nederland met het Belgisch/Franse achterland (inclusief kanaaltunnel) wordt versterkt (aanleg 'Zoomweg').' Een WOV speelt in het Rijksbeleid geen rol als verbinding tussen het Rotterdamse en Antwerpse industriegebied. In het Natuurbeleidsplan (NBP) is het gebied integraal opgenomen als gebied met specifieke landschappelijke waarde. Als zodanig is het het enige grote gebied in Zeeland waaraan deze functie is toegekend. Het beleid van het rijk in deze gebieden zal gericht zijn op instandhouding van: 'reliëf, verkavelingspatronen, en kleinschaligheid'. De Zak is tevens het enige grote gebied in Zeeland waarvan de cultuur-historische betekenis is erkend. Hierover stelt het NBP dat bijzondere aandacht dient besteed te worden aan: 'het voorkomen van dissonerende ingrepen in de kenmerkende verkaveling en percelen en het kenmerkende patroon van wegen en waterlopen. Dissonerende ingrepen kunnen vooral worden veroorzaakt door kavelverbeterings- werken, veranderingen in infrastructuur (wegen en waterlopen) ont grondingen en bebouwing.' Aanleg van een tracé dat aanlandt aan de Zak van Zuid-Beveland of deze doorsnijdt is in strijd met deze doel stellingen. De WOV staat ook op gespannen voet met het Rijksbeleid om de automobiliteit terug te dringen. Voor het lokale vervoer betekent een WOV meer autokilometers ten opzichte van de twee pontveren. Boven dien is een WOV beduidend onvriendelijker voor het langzame verkeer. 7

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 1991 | | pagina 9